Op 22 november 1963 ging voor veel Amerikanen een droom verloren. Die dag werd in Dallas een aanslag gepleegd op hun president. De 46-jarige John F. Kennedy bewoonde op dat moment al bijna drie jaar het Witte Huis. Bij het aantreden van de jonge, aantrekkelijke, goedgebekte 35e president van de Verenigde Staten had het geleken alsof een nieuw, veelbelovend tijdperk was aangebroken. Een jongere generatie kreeg het voor het zeggen en er zou een frisse wind gaan waaien door het hele land. Een door een misnoegde landgenoot afgevuurde kogel, maakte een einde aan wat een sprookje had geleken, maar dat in werkelijkheid nooit was geweest.
JFK was één van de negen kinderen van het katholieke, welvarende echtpaar Joseph (Joe) Kennedy en Rose Fitzgerald. Eigenlijk was het niet Jack (zoals hij meestal werd genoemd) maar oudste zoon Joseph jr. van wie vader Joe hoopte dat hij eens het hoogste ambt in de VS zou vervullen. Hij stierf echter in de Tweede Wereldoorlog toen zijn bommenwerper tjokvol explosieven explodeerde tijdens de uitvoering van een gevaarlijke missie. Jack nam het stokje als vanzelfsprekend van hem over en na zijn overlijden was het broer Robert (Bobby) die de droom van zijn vader moest waarmaken. Alsof er een vloek was uitgesproken over de familie overleed in 1968 ook Robert door een aanslag op zijn leven, tijdens zijn verkiezingscampagne voor het presidentschap. Er was nog één zoon over, Edward (Ted), de benjamin van het gezin. Het was aan hem om in de voetsporen te treden van zijn broers, om de grote daden waar te maken waar zij voor voorbestemd waren.
Trouw en loyaliteit
Amerikadeskundige Frans Verhagen beschrijft in “De Kennedy’s” de levens en politieke carrières van de Kennedy-broers en hun vader. Door dit viertal en dus niet alleen president Kennedy te belichten, creëert de schrijver een completer beeld van de onderlinge verbintenis tussen de familieleden. Hij vergelijkt hun opereren in de politiek met de samenwerking binnen een familieroedel,
“een wolf pack, waarin trouw en loyaliteit aan elkaar, aan de familie de primaire impulsen waren.”
Vader Joe, de Amerikaanse ambassadeur in het Verenigd Koninkrijk van 1938 tot 1940, wendde al zijn invloed binnen de Democratische partij aan om zijn zoons op invloedrijke posities benoemd te krijgen. Het was zijn bedoeling dat zij de familienaam zouden vereeuwigen in de geschiedenisboeken. Broer Bobby was zowel tijdens zijn presidentscampagne als gedurende zijn presidentschap Jacks belangrijkste en trouwste raadgever. Elk op hun eigen wijze, maar gesteund door hun familieband, drukten de Kennedy’s een eigen stempel op de geschiedenis.
Nazi-Duitsland
Mede door de vlotte uitstraling en sociaal bewogen woorden van JFK en zijn echtgenote Jacqueline worden de Kennedy’s vaak klakkeloos in de progressieve hoek geplaatst. Verhagen plaats daarbij de nodige nuances. Tijdens zijn ambassadeurschap in Londen was vader Joe de nazi’s relatief gunstig gestemd. “De parapludrager van Chamberlain”, zo werd hij later genoemd door politieke rivalen, die verwezen naar de Britse premier die in 1938 Hitlers oorlogszucht dacht te kunnen bedwingen door het sluiten van een vredesakkoord met Duitsland. Pa Kennedy vond ook dat de Joden internationaal te veel ophef maakten over het antisemitisme in Duitsland. Tegen de Duitse ambassadeur uitte hij zijn begrip voor het nazibeleid door aan te geven dat op de clubs waar hij golfde Joden ook geweerd werden als lid. Zijn oudste zoon was een vergelijkbare mening toegedaan. Tijdens een rondreis door Europa in 1934 was Joe jr. onder de indruk geraakt van Hitlers Duitsland. In een brief aan zijn vader uitte hij zelfs zijn enthousiasme voor de verplichte sterilisatie van “erfelijk belaste” vrouwen, terwijl nota bene zijn zus Rosemary geestelijk gehandicapt was.
Jack was politiek gezien tactvoller dan zijn ouwe heer en broer, maar zijn rol als voorvechter van burgerrechten voor de zwarte bevolking wordt door Verhagen afgezwakt. Hij legt uit dat de president zich aanvankelijk verre hield van deze kwestie. Dat ging zelfs zo ver dat hij niet gefotografeerd wilde worden met de zwarte zanger Sammy Davis en diens blanke vrouw. Hoe pijnlijk bekrompen ook, voorstanders van segregatie in het racistische Zuiden mochten niet vervreemd worden van de Democratische partij door hun leider te zien met een gemengd stel. Robert zou volgens de schrijver als minister van Justitie “bescheiden hervormingen” doorvoeren op het terrein van de burgerrechten. Opmerkelijk is dat hij eerder, in 1953, werkte als medewerker van het onderzoeksteam naar communistische infiltratie binnen Amerikaanse overheidsinstellingen onder leiding van de rabiate communistenhater Joe McCarthy. “Het rauwe anticommunisme van McCarthy paste goed bij dat van de katholieke kerk en bij Kennedy’s zucht naar zwart-witmoralisme”, zo concludeert Verhagen hierover.
Chappaquiddick
Gaandeweg zijn presidentschap zou Jack zich meer opwerpen als voorstander van burgerrechten, evenals zijn broer Robert. Het was echter Kennedy’s voormalige vicepresident Lyndon B. Johnson die de meeste progressieve plannen ten uitvoer bracht toen hij benoemd werd tot opvolger van de overleden Jack. Op het terrein van sociale wetgeving speelde ook jongste broer Ted een grote rol, constateert Verhagen. Van 1962 tot 2009 was hij een invloedrijk senator voor Massachusetts. In zijn jeugd al een losbandig feestbeest, wierp alcoholmisbruik en wangedrag een schaduw over zijn indrukwekkende politieke carrière. Na een feestje in 1969 op het eiland Chappaquiddick voor de kust van Massachusetts raakte de vermoedelijk zwaar beschonken Ted met zijn auto te water. Zelf kon hij eruit klimmen, maar de 28-jarige Mary Jo Kopechne liet hij hulpeloos in het voertuig achter zonder zelfs maar de hulpdiensten in te schakelen, waarna ze verdronk. Ted kwam er vanaf met slechts een voorwaardelijke straf, maar zijn onacceptabele nalatigheid bleef hem als politicus vanzelfsprekend tot zijn dood in 2009 achtervolgen.
Onverbeterlijke rokkenjagers
Hoe de Kennedy’s omgingen met vrouwen wordt door Verhagen niet onbesproken gelaten. Alleen Robert lijkt zich op dat gebied correct gedragen te hebben. Joe, Joe jr., Jack en Ted waren onverbeterlijke rokkenjagers en zagen hun scharrels als wegwerpartikelen. In het tijdperk van #metoo zouden ze allemaal weggezet worden als seksuele roofdieren. Als president zou Jack eens gezegd hebben dat hij hoofdpijn kreeg als hij een dag geen seks had (en dan bedoelde hij niet met zijn echtgenote). Hij deelde ook het bed met een vriendin van maffiabaas Sam Giancana, wat hem op zijn minst chantabel maakte. “Roekeloos, harteloos en gevaarlijk”, zo diskwalificeert de auteur Jacks gedrag op seksueel gebied.
Die roekeloosheid was er binnen de familie ook op ander gebied, denk bijvoorbeeld aan de vrijwillige deelname van Joe jr. aan de gevaarlijke oorlogsmissie die zijn dood werd. In een lijst op het eind van het boek somt de schrijver de nakomelingen van de Kennedybroers op die hun overmoed of risicovolle gedrag met de dood moesten bekopen. Zo verongelukte Roberts zoon Michael in 1997 toen hij bij een spelletje football op ski’s (!) tegen een boom botste.
Soap
Met alle persoonlijke en politieke drama’s (waaronder het Varkensbaaiconflict en de Cubacrisis), de glitter en glamour en de schandalen doet het verhaal van de Kennedy’s nog het meest denken aan het script van een soap. Frans Verhagen, die voor dezelfde serie eerder schreef over de “Founding Fathers” en over Abraham Lincoln, vertelt het verhaal echter op objectieve wijze, zonder sensatiezucht. Van toegevoegde waarde daarbij zijn de relevante verwijzingen die hij maakt naar de recentere geschiedenis. Zo vergelijkt hij de gewoonte van de Kennedy’s om zich te omringen met familieleden met wat journalisten “Hillaryland” noemden, de groep kritiekloze medewerkers die Hillary Clinton in 2008 en 2016 moest helpen het presidentschap te behalen. “Kennedyland”, met echte familie, werkte volgens Verhagen beter. Daarmee zijn we weer terug bij de wolfpack, een typering die goed gekozen blijkt. Hoewel de schrijver in “De Kennedy’s” niet met nieuwe feiten of onthullingen komt, is zijn boek – zeker voor wie weinig kennis heeft van het onderwerp – een informatief en onderhoudende biografie van een even geruchtmakende als inspirerende familie.