‘Middeleeuwse medemensen’, de stereotypen voorbij

5 minuten leestijd
Het beeld van de 'Donkere Middeleeuwen' is tamelijk hardnekkig
Het beeld van de 'Donkere Middeleeuwen' is tamelijk hardnekkig (CC0 - Pixabay - Tama66)

Als de geschiedenis een vreemd land zou zijn dan zijn de Middeleeuwen voor veel mensen het meest afgelegen en onbekende oord. Zo begint Middeleeuwse medemensen een boek waarmee historici Jonas Roelens (UGent) en Nathan Van Kleij (Universiteit Amsterdam) een aantal hardnekkige clichés aanpakken.

Wanneer de term ‘middeleeuws’ opduikt associëren we die vaak met achterhaald en barbaars. Totaal onterecht vinden de auteurs en met de hulp van acht collega’s gaan zij onze onwetendheid te lijf. Volgens hen vindt die haar oorsprong in de renaissance. Humanisten wilden hun eigen ideeën in de verf zetten door een weinig lovend beeld op te hangen van de voorbije eeuwen. Later, in de negentiende eeuw ontstond onder invloed van de romantiek een fraaier maar daarom niet minder clichématig beeld van de Middeleeuwen bevolkt met koene ridders en smachtende jonkvrouwen.

Tien clichés

Bord bij de entree van het Torture Museum in Amsterdam
Bord bij de entree van het Torture Museum in Amsterdam (CC BY-SA 3.0 – Geneticcuckoo – wiki)
Tien stereotypen passeren de revue, deskundig ontleed door evenveel historici. De onderwerpen zijn telkens gelinkt aan een ander onderdeel van de samenleving. Aan de hand van talloze voorbeelden opgediept uit archieven daterend van 1200 tot 1500 wordt onze beeldvorming bijgestuurd.

Autoritair en gewelddadig

Steden zoals Brugge en Amsterdam hebben een Torture Museum en in tv-series zoals Game of Thrones gaat het er hard en meedogenloos aan toe. Meteen duikt het beeld van de gewelddadige Middeleeuwen op. Een vervorming van de werkelijkheid, zo blijkt. Archiefonderzoek wijst uit dat de doodstraf in een stad als Brugge één tot twee keer per jaar voorkwam. Een marteling maar één keer om de vijf jaar. Er werd dus heel wat minder gemarteld dan gedacht.

Dat neemt niet weg dat het er niet altijd zachtaardig aan toe ging. Uit de vijftiende-eeuwse correctieboeken van Leiden komt het verhaal van de prostitué Fye Eversdochter naar voren die bestraft werd omdat ze haar klanten beroofde. Ze werd met haar oor vastgespijkerd aan de deur van het stadhuis en daarna vijfentwintig jaar in ballingschap gestuurd. Een voorbeeld dat het clichébeeld van bloederige strafpraktijken lijkt te bevestigen. Maar, zo voegt de auteur er aan toe, lichamelijke straffen waren eerder uitzondering dan de regel. Uit diezelfde Leidense correctie- of vonnisboeken blijkt dat het om minder dan één procent van de behandelde zaken ging. Geldboetes, verbanning, of een boetebedevaart kwamen veel vaker voor.

Schoolplaat van A.J. Groenewegen. Afbeelding van een middeleeuwse jaarmarkt op de Mariaplaats te Utrecht, met op de achtergrond de westgevel van de Mariakerk.
Schoolplaat van A.j. Groenewegen. Afbeelding van een middeleeuwse jaarmarkt op de Mariaplaats te Utrecht, met op de achtergrond de westgevel van de Mariakerk.

De idee dat het volk monddood en onderworpen was aan adel en kerk klopt al evenmin. De vaak felle strijd van de opkomende ambachten tegen de heersende adel doen het tegendeel vermoeden. In de archieven vonden de historici tal van spotliederen en satirische pamfletten die aantonen dat de middeleeuwse medemens zich allerminst als een schaap naar de slachtbank liet leiden. Politieke macht was niet gelijk verdeeld maar in de Middeleeuwen werden democratische ideeën verder uitgewerkt, concluderen de auteurs.

Smerig en onhygiënisch

Op heel wat middeleeuwse prenten staat afgebeeld hoe bewoners hun nachtemmers op straat kieperden. Het ging er dus behoorlijk smerig aan toe, zo lijkt het. Maar die afbeeldingen zijn eerder satirisch bedoeld en nemen mensen op de korrel die zich niet aan de regels houden. Er bestonden wel degelijk voorschriften om met afval om te gaan. Het waren wellicht minder hygiënische tijden maar dat betekent niet dat de middeleeuwse mens zijn best niet deed om de boel proper te houden.

Bij uitbraak van epidemieën zoals de pest werd er alles aan gedaan om verdere spreiding van de ziekte te beperken met maatregelen zoals quarantaine en beperking van fysiek contact. Sinds onze ervaringen met de covid-epidemie weten we dat dergelijke maatregelen wel degelijk zinvol waren.

Vrouwonvriendelijk en preuts

Verbranding van een heks in Willisau, Zwitserland, 1447
Verbranding van een heks in Willisau, Zwitserland, 1447
De kuisheidsgordel en het ‘droit du seigneur’, het recht van de heer op de eerste nacht, zijn twee klassiekers wanneer het over seksualiteit in de Middeleeuwen gaat. Beide blijken echter verzinsels te zijn die stammen uit de preutse negentiende eeuw. De kerk mocht dan strenge normen opleggen, in de praktijk ging de middeleeuwse medemens pragmatisch om met erotiek en seksualiteit. Overspel, prostitutie en ander seksueel gedrag dat buiten de strikte, religieuze normen viel werd vaak getolereerd. Die stelling wordt door de auteurs gestaafd met voorbeelden uit hun archiefonderzoek.

Wat vrouwenrechten betreft was de situatie allerminst ideaal maar toch hadden vrouwen meer rechten dan wel eens gedacht wordt. Zo konden vrouwen hun eigen zaak starten zonder de voogdij van hun man en speelden ze ook in de economie en de politiek een rol. Ook met heksen en de bijhorende brandstapels liep het niet zo’n vaart als wel eens gedacht wordt. De heksenvervolgingen kwamen pas goed op gang na 1500.

De Middeleeuwen waren zeker voor vrouwen uit middenstand en hogere klasse een betere tijd dan de erop volgende renaissance, besluiten de auteurs.

Onwetenschappelijk en wereldvreemd

Waren de Middeleeuwen een periode van domheid waarin de intellectuele erfenis van de oudheid verloren ging? De rijke kloosterbibliotheken uit die tijd bewijzen eerder het tegendeel. Er waren ook contacten met de Arabische wereld waar de wetenschap voor lag op Europa. Een steeds verder uitdijend handelsnetwerk zorgde zowel voor economische bloei als wetenschappelijke uitwisseling.

Zegel van de KU Leuven (sinds 1970), met verwijzing naar haar voorganger uit 1425.
Zegel van de KU Leuven (sinds 1970), met verwijzing naar haar voorganger uit 1425.
Wereldvreemd was de middeleeuwse medemens al evenmin. Daarvan getuigen reisverhalen zoals die van de monnik Willem van Rubroeck (1220-1293) die naar het Mongoolse rijk trok. De Zeeuwse ridder Joos Van Ghistele (1446-1516) stelde zijn pelgrimstocht naar het Midden-Oosten te boek en de Utrechtse kanunnik Johannes Witte de Hese vermengde fantasie en realiteit in zijn Itinerarius over een zoektocht naar het land van Pape Jan in Indië. De Middeleeuwen zagen ook het ontstaan van de universiteiten. In 1088 in Bologna. Salamanca, Napels, Parijs en Oxford volgden snel. In de Lage Landen was het wachten tot 1425 met de universiteit van Leuven. Ook het cliché van de achterlijke Middeleeuwen mag dus op de schop.

Economie en sociale mobiliteit

De opvatting dat armoede welig tierde krijgt eveneens tegenwind. De wol en lakenindustrie kwam volop tot bloei in de periode 1200-1500. Dat resulteerde in een hogere levensstandaard, niet alleen voor de rijken maar ook voor mensen onderaan de sociale ladder. De economische ongelijkheid verkleinde dus, om pas vanaf de zestiende eeuw weer toe te nemen.

Middeleeuwse medemensen. De clichés van de donkere eeuwen voorbij
Middeleeuwse medemensen. De clichés van de donkere eeuwen voorbij
Sociale mobiliteit was eveneens mogelijk in de middeleeuwse standenmaatschappij zoals uit het verhaal van Pieter Bladelin (1408-1472) blijkt. Die zoon van een wolverver uit Brugge schopte het tot penningmeester van de Orde van het Gulden Vlies. Hij werd stinkend rijk en stichtte zelfs een compleet nieuwe stad met bijhorende burcht, het nu verstilde plaatsje Middelburg in Vlaanderen. Uiteindelijk werd hij in de adelstand opgenomen.

Voorbij de clichés

Na het lezen van Middeleeuwse medemensen besef je dat onze stereotype denkbeelden best wat bijsturing kunnen gebruiken. Door parallellen te trekken met de hedendaagse maatschappij maken de auteurs ook duidelijk dat de middeleeuwse mens uiteindelijk niet zo erg veel verschilde van ons. Zij besluiten dat geschiedenis een gesprek zonder einde is waarbij nieuwe generaties historici steeds weer allerlei hypothesen over ons middeleeuws verleden verfijnen of bijsturen. De middeleeuwse medemens verdient het om daarbij extra aandacht te krijgen. Dit boek is daarvoor alvast een geslaagde start.

Boek: Middeleeuwse medemensen

Chris Delarivière (°1955) was tot 2021 educatief medewerker bij diverse organisaties in Vlaanderen. Als publicist leverde hij bijdragen aan de krant De Morgen, het magazine Reiskrant en andere publicaties.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 53.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×