Op de tentoonstellingsposter zitten een farao (Horemheb) en een god (de valkgod Horus) naast elkaar. De valkenkop maakt duidelijk dat Horus een hemelse macht is. Hij is even groot als de farao, omdat hij volgens de Egyptenaren even machtig is. Hij is de aardse manifestatie van Horus en dus zelf een god.

De toch wel cryptische omschrijving maakt duidelijk dat de expositie behoorlijk ingewikkeld is. Er waren vele duizenden goden in Egypte, en hoewel daar maar een bescheiden selectie van wordt getoond speelden zij een moeilijk te begrijpen rol in het ingewikkelde wereldbeeld dat door de Egyptenaren was ontwikkeld om de hemelse ontwikkelingen en de aardse natuurkrachten te verklaren. Ze vonden ingenieuze verklaringen voor het dagelijks verschijnen en verdwijnen van de zon, het wassen en afnemen van de maan, en de willekeur van de natuur, die konden zorgen voor goede oogsten, maar ook vernietigend toeslaan.
En ze geloofden daar drieduizend jaar lang in, lang voordat in ons land Bonifatius, die het christendom kwam prediken, in 754 in Dokkum werd vermoord. Toen zijn geloof toch doordrong tot onze samenleving gingen veel christenen de geloofswaarheden van andere religies laatdunkend als ‘mensenwerk’ beschouwen.
‘Maar daarmee doen ze die eeuwenoude godsdienst tekort’, vindt conservator Maarten Raven, die de expositie samenstelde. Het is zijn laatste ‘kunstje’: na veertig jaar dienstverband gaat hij eind dit jaar met pensioen.

Drieduizend jaar cultuur
‘Meer dan drieduizend jaar hebben deze goden mensen aangesproken die tot de meest ontwikkelde, welvarende en machtige volkeren van de oudheid behoorden. Alleen als we hun geloof serieus nemen maken we een kans iets van hun cultuur te begrijpen. Alle Egyptisch cultuuruitingen waren gebaseerd op dat geloof: de staatsvorm, de sociale verhoudingen, de kunsten en de wetenschappen, de omgang met andere goden en de zorg voor de doden. (…) Ze hadden een rotsvast geloof in de samenhang tussen de bovenwereld van de goden en de onderwereld van de doden, met daartussen de aarde waarop zij leefden.
Ze hadden misschien niet door dat die samenhang door hen zelf verzonnen was. Als we het Oud-Egyptische wereldbeeld gebruiken als middel om de faraonische cultuur te doorgronden zullen we gaandeweg tot de conclusie komen dat al die exotische goden vaak personificaties van natuurkrachten waren, of projecties van ethische beginselen. Het zijn dezelfde krachten en principes waartussen ook de moderne mens zich een weg zoekt in onze eigen ingewikkelde maatschappij.’

Unieke tentoonstelling
Een onderwerp als ‘goden van Egypte’ ligt in de museumwereld eigenlijk wel voor de hand. De invloed van de goden drong in de oude Egyptische geschiedenis door tot in alle aspecten van de samenleving. Maar het was ook wel erg ingewikkeld om zo’n expositie te organiseren, omdat al die goden verbonden waren met ingewikkelde mythische verhalen. Daardoor kwam zo’n plan nooit goed van de grond.

Doel is de Egyptische godenwereld tot leven te wekken en te laten zien hoe groot hun invloed was op het leven van de oude Egyptenaren. Er zijn onder andere imposante beelden van goden en godinnen, magische papyri, gouden sieraden en rijk beschilderde mummiekisten. Nooit eerder was een internationale tentoonstelling van deze grote omvang geheel gewijd aan het oud-Egyptische godenrijk.
Religie en magie
Het oude Egypte is doordrenkt van religie en magie. Verhalen over goden en de schepping bepaalden het wereldbeeld van de bevolking. De tentoonstelling maakt het mogelijk fascinerende goden en symbolen te herkennen en het Egyptische wereldbeeld beter te begrijpen. Er is aandacht voor de functie van de tempels in het land, de talrijke rituelen waarmee de goden vereerd werden en de reis naar de onderwereld.
Cruciaal was de positie van de farao, die immers de reïncarnatie van de god Horus op aarde was. Goden van Egypte sluit af met de Griekse en Romeinse veroveraars die delen van de Egyptische cultuur overnamen en Egyptische goden naar hun eigen wereld brachten – zelfs is een piepklein Egyptisch beeldje te zien dat kennelijk door een Romeinse soldaat is verloren tijdens zijn verblijf op ons grondgebied.
Natuurkrachten

Goden woonden in de hemel of in de onderwereld. Op aarde konden ze zich manifesteren in bepaalde dieren, planten, plaatsen of natuurverschijnselen. Daarom vereerden de gelovigen soms heilige dieren of bomen, en worden de goden vaak afgebeeld met dierenkoppen. De ogenschijnlijk verwarrende godenwereld heeft echter een duidelijke structuur. Als die wordt uitgelegd worden ook de idealen van de Egyptenaren duidelijker, hun wereldbeeld en hun gevoel voor orde en rechtvaardigheid.
Osiris, heerser van het Dodenrijk
Eén van de belangrijkste mythische verhalen in Egypte handelt over de god Osiris, en vormt een soort rode draad in de expositie. Hij duikt op in de verhalen over de kosmos en het Dodenrijk. In één van de scheppingsverhalen, uit Heliopolis (het zijn er minstens vier; de Egyptenaren doen daar niet moeilijk over), is hij is een achterkleinzoon van Atoem, ‘een vorm van de zonnegod Re’ in de periode na de schepping, toen goden, mensen en dieren in harmonie samenleefden op het ‘eerste land’ (wij noemen dat het paradijs). Maar Osiris en zijn broer Seth maakten ruzie om de heerschappij over de aarde en Osiris werd door Seth vermoord (wij kennen ze als Kaïn en Abel). Die hakte het dode lichaam in stukken en verspreidde de delen over heel Egypte.

Osiris werd de god van het Dodenrijk; de duistere wereld onder de aarde waar de doden verblijven; de plek waar de zon zich ‘s nachts verjongt. De ingang van die onderwereld ligt aan de westelijke horizon; waar de zon ondergaat. Die vaart ’s nachts van west naar oost om nieuwe krachten op te doen; doden kunnen een plaatsje krijgen op de boot om weer herboren te worden. Ze krijgen het Dodenboek mee, een geschreven reisgids om de weg te vinden. Op de expositie hangt een meters lang exemplaar.
De mythe van Osiris gaat over dood en wederopstanding; een thema dat weerspiegeld wordt in de dagelijkse cyclus van zonsondergang (sterven) en zonsopgang (geboorte). Osiris was niet alleen god van het koningschap en de levenskracht van de farao, maar ook de personificatie van de vruchtbaarheid van het land en de geest van de vegetatiecyclus. Als heerser van het Dodenrijk besliste hij over dood en leven. Poortwachters vroegen de overledene naar het wachtwoord, om kwade krachten buiten te houden. Daarna woog de rechtbank van Osiris het hart van de doden om te bepalen of hij mocht blijven. Wie onsterfelijkheid had verdiend door zijn zuivere levenswandel schonk Osiris nieuw leven.
Dode cultuur springlevend
De expositie is onderverdeeld over vijf thema’s: de kosmos, de hemel, de aarde, de onderwereld en ‘het eeuwige leven’. Elk thema wordt ingeleid met een vaak geestig animatiefilmpje dat is vervaardigd door studenten van de ArtEX Hogeschool voor de Kunsten in Zwolle, en dat binnen enkele minuten duidelijk maakt waar de volgende collectie om draait. Duidelijk wordt dat de ‘dode’ Egyptische godsdienst nog altijd springlevend is.

En tegenwoordig heeft de commercie zich meester gemaakt van Egyptisch symboliek. Egyptische katoen en parfum veroverden de wereldmarkt. Isis staat nu voor mystiek, al werd het ook de afkorting voor een lugubere terroristische staat, Osiris staat voor duurzaamheid en Hathor (moeder van de goden) voor schoonheid. In de moderne cultuur van muziek en film, games, strips, science-fiction en ook tattoos zijn Egyptische goden en hun mythologie erg gewild.
Ook interessant: Cleopatra had rood haar en woog negentig kilo
Boek bij de tentoonstelling: Goden van Egypte – Op zoek naar de wetten van de kosmos
Museumgids: Goden van Egypte, van A tot Seth