Op een keer trok ik een kast met een groot, weinig gebruikt corps open en wat zie ik daar? Een man met een bolhoed op.
Aan het woord is Henk van Otterloo, indertijd notaris en margedrukker. Hij richt zich tot ‘zijn knechtje’ Ton van Zuilen, een pseudoniem van de Utrechtse kunstenaar J.H. Moesman. ‘Nou maar Ton daar zijn die ornamentjes toch niet voor. Die zijn toch om mooie randjes te maken!’
Bij oude lettercorpsen zitten doorgaans allerlei ornamenten – sierranden, wijzende handjes, klavertjes enzovoorts – waar je, met de nodige fantasie, allerlei figuurtjes mee kunt maken, zoals ‘een man met een bolhoed op’. Dat was wat ‘Ton’ had gedaan, en waar hij op verzoek van Van Otterloo mee doorging.
Samen maakten en drukten ze, in zes jaar tijd, uiteindelijk negen prenten, waarvoor het zetsel is opgebouwd uit tientallen ornamenten, bijvoorbeeld een portret van Laurens Jansz. Coster, een zeemeermin en een schilderijententoonstelling. De prenten werden samengevoegd in een boekje getiteld Het echte Oud-Hollandse ornaprentenboek tot lering ende vermaak voor margebedrukkers en andere knutselaars met afgedankt zetmateriaal gezet. Het werd op negentiende-eeuws papier gedrukt en verscheen in 1982 in een oplage van honderd exemplaren bij Van Otterloos Green Escape Press.
Begin jaren tachtig waren de druktechnieken ingrijpend veranderd, en Moesman en Van Otterloo beseften dat (‘nu alles fotografisch gaat’) hun monnikenwerk mogelijk niet meer als handwerk te herkennen zou zijn. Daarom lieten zij het procedé vastleggen in een notariële akte, die mede werd ondertekend door Dick Bruna.
Ook het zetsel bleef overigens bewaard. Dit werd in 2006 overgedragen aan het Museum Meermanno. Om het kwetsbare zetsel te kunnen exposeren en verantwoord te kunnen bewaren, liet het museum speciale houten opbergdozen maken.
~ Museum Meermanno – Ewoud Sanders