“Men kan niet vergen dat iedereen een held is.” Met deze woorden illustreerde domineeszoon Victor Henri Rutgers (1877-1945) dat trouw en beginselvastheid voor hem zwaarder wogen dan eer en roem. Ooit gekenschetst als de ‘grandseigneur van gereformeerde huize’, was hij gedurende de eerste twee bezettingsjaren rector magnificus van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Om contact te leggen met de regering
Anno 2012 verkeert Nederland zoals de meeste landen in West-Europa in een financiële en economische crisis, veroorzaakt doordat vijf jaar eerder in de Verenigde Staten de koersen van obligaties sterk in waarde daalden. Een aantal banken en veel huizenbezitters raakten hierdoor in de problemen.
Volgens Van Dale is een held ‘iemand die niet bang is, die het gevaar niet vreest’. Hollywood sluit zich hier graag bij aan. Op het witte doek herken je helden doorgaans aan hun onverschrokkenheid. Verzetsman Gerhard Badrian zou op het eerste gezicht één van hen kunnen zijn. Zijn geschiedenis leest als een kant en klaar scenario voor een spannende verzetsfilm:
In de periode 1940-1944 zijn ruim 1700 Nederlanders erin geslaagd om van bezet Nederland naar Engeland of ander geallieerd gebied te ontkomen. Vanuit bezet Nederlands-Indië (uitgezonderd Nieuw-Guinea) is het slechts zeventien personen gelukt om de oversteek naar geallieerd gebied te maken. Vanuit Java zijn twee geslaagde vluchtpogingen ondernomen. Eén van die twee pogingen was geïnitieerd door een sergeant-majoor van het
Dirk Jan (Dicky) Hofman, geboren in Breda op 25 januari 1926, was nog een scholier (Mulo) toen hij in 1943 het verzet inging. Hij bekocht deze stap met de dood.