Elco Lenstra’s overgrootvader stond op de foto met Von Hindenburg

…en verbond de pink van de Rode Baron
6 minuten leestijd
Legerleiding Marinekorps Flandern te Brugge. Vooraan in het midden Von Hindenburg. Helemaal links op het bordes staat Ernst August Kaerger.
Legerleiding Marinekorps Flandern te Brugge. Vooraan in het midden Von Hindenburg. Helemaal links op het bordes staat Ernst August Kaerger. (Zeeuws Archief)

Wie schrijft over geschiedenis, weet dat het vinden van een geschikt onderwerp vaak niet gemakkelijk is. Zijn er voldoende betrouwbare bronnen, is het onderwerp aansprekend genoeg voor de doelgroep? Elco Lenstra kreeg het onderwerp van Wij willen hier geen avonturiers echter haast in de schoot geworpen. Het boek – zijn debuut – gaat over zijn Duitse overgrootvader die als militair, arts en landgoedeigenaar een directe betrokkenen was bij de grote gebeurtenissen van de vorige eeuw.

Zijn verhaal is verbonden met dat van andere, bekendere historische personen, van legergeneraals tot topmedici. Zo stond Ernst August Kaerger op de foto met veldmaarschalk en de latere rijkspresident Paul von Hindenburg en verbond hij de pink van ‘de Rode Baron’. Zijn mentor was chirurg August Bier, de uitvinder van de verdoving van het ruggenmerg. Wanneer je afstamt van zo iemand, dan kun je dat als schrijvende achterkleinzoon niet aan je voorbij laten gaan.

Dozen vol documenten

Lenstra begint zijn boek met het beschrijven van een warme dag in de zomer van 2004. Hij hielp zijn grootvader Christoph Kaerger toen met het maaien van het gras op diens boerderij in Duitsland. Dat deden ze nog met een zeis, zoals in vervlogen tijden. Terwijl ze onder een oude eik uitpuften, overwon de achttienjarige Elco zijn schroom en vroeg hij zijn opa naar zijn belevenissen tijdens de oorlogsjaren. Daar werd binnen de familie zelden over gesproken. Openhartig vertelde de oude man hoe hij en zijn broer en zus en hun ouders de naziperiode doorgekomen zijn. Hiermee plantte hij een zaadje bij zijn kleinzoon, die veertien jaar later besloot het verhaal van het ouderlijke gezin van zijn grootvader te bestuderen. Hem stonden enkele dozen vol brieven, officiële documenten, foto’s, notities en dagboeken ter beschikking. Hij reisde ook in hun voetsporen, van de voormalige slagvelden in Vlaanderen tot Sulechów in Polen, waar het landgoed van de Kaergers zich bevond, toen het dorpje nog Selkau heette en onderdeel was van het Duitse rijk.

Ernst August Kaerger werd in 1879 geboren als zoon van een sigarenfabrikant. Met zijn echtgenote Margarete kreeg hij drie kinderen: Ernst, Christoph en Marga. Voordat hij pas op zijn veertigste trouwde had hij al meer meegemaakt dan de meeste mensen tegenwoordig in hun hele leven. Na zijn jeugd doorgebracht te hebben in provinciestad Züllichau studeerde hij geneeskunde aan de universiteiten van Breslau, Berlijn en München. Eind negentiende eeuw maakte de Duitse medische wetenschap grote sprongen voorwaarts met onder andere de ontwikkeling van een serum tegen difterie en tetanus, de ontdekking van de pestbacterie en de grondlegging van de radiologie. “In een relatief kort tijdbestek”, zo concludeert de auteur, “had men het bijgeloof en de misvattingen over geneeskunde van voorgaande eeuwen achter zich gelaten.” Kaerger zou zijn bijdrage leveren, maar niet voordat hij eerst had meegemaakt welke gruweldaden mensen elkaar aandoen aan het front.

In 1903 moest Kaerger zich melden voor militaire dienst bij de marine in Kiel. Na afronding van zijn basistraining werd hij uitgezonden naar de toenmalige Duitse kolonie Südwest-Afrika, het huidige Namibië. Hier nam hij deel aan het onderdrukken van de opstand van de Herero, wat uitmondde in wat de auteur – naar voorbeeld van de Verenigde Naties – “de eerste genocide van de vorige eeuw” noemt. Het racisme waarmee de Duitsers hun daden rechtvaardigden was stuitend, maar Kaerger liet zich er niet al teveel door meeslepen – hij maakte geen onderscheid tussen rassen. In juni 1904 werd de jongeman benoemd tot legerarts. Aan patiënten was geen gebrek. De omstandigheden waaronder de Duitse militairen in het hete en droge klimaat moesten oprukken en vechten waren zwaar. Velen kwamen om door ziekten, zoals malaria, tyfus en dysenterie. Een weerzinwekkend voorbeeld van de erbarmelijke hygiëne dat wordt aangehaald, heeft betrekking op watervoorraden die worden verontreinigd door de diarree van zieke militairen. Het is niet moeilijk te begrijpen waarom Ernst August de rest van zijn leven altijd een fles vers water binnen handbereik had.

China

Voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog bracht Ernst August in dienst van de keizerlijke marine vier jaar door in de Duitse kolonie Tsingtao in China, waar hij volgens een superieur het vertrouwen van de Chinezen in de Europese wetenschap hielp vergroten. Na zijn terugkeer in Duitsland werd hij in Berlijn opgeleid tot chirurg. Hij werkte hier drie jaar in een kliniek, waar hij zich “met een monomane toewijding” richtte op de behandeling van kinderen met een hazenlip of open gehemelte. Hij liet een jonge assistent op straat in kinderwagens kijken op zoek naar potentiële patiëntjes. Gedurende drie jaar opereerde hij meer dan tweehonderd kinderen met een hazenlip, waarmee hij hen een betere toekomst gaf. De schrijver kan trots zijn op zijn overgrootvader, wetende hoe Duitse artsen later, ten tijde van Hitlers dictatuur, geen enkel mededogen toonden voor hun medemens met lichamelijke afwijkingen. Voor Kaerger had elk mensenleven waarde.

Westfront

Manfred von Richthofen
De ‘Rode Baron’
In de Eerste Wereldoorlog kon Kaerger aan het Westelijke front opnieuw de levens van mensen redden of positief beïnvloeden. Dat hij de rechterpink verbond van Manfred von Richthofen, die als oorlogsvlieger de bijnaam ‘de Rode Baron’ had, was een eitje in vergelijking met het opereren van zwaar verminkte frontstrijders. Als chirurg bekwaamde Kaerger zich vooral in hoofdoperaties. De kogels, scherven en granaatscherven die hij uit de hoofden van zijn patiënten peuterde, bewaarde hij als trofeeën. Met veel moeite wist zijn achterkleinzoon in een antiquariaat in Zwitserland een door zijn overgrootvader geschreven medische publicatie terug te vinden, gevuld met huiveringwekkende beschrijvingen en foto’s van de operaties die hij uitvoerde. Lenstra schrijft op basis van het verslag:

“Het kaalgeschoren hoofd van ‘Marinier P.’ ziet eruit alsof iemand geprobeerd heeft om twee helften van een eierschaal weer aan elkaar vast te lijmen; het litteken loopt vanaf zijn linker- tot bijna aan zijn rechterslaap. Na de operatie miste zijn schedel een stuk van veertien centimeter lang dat op sommige plaatsen acht centimeter breed was. Onder de huid kon men zijn hersenen zien kloppen en bewegen.”

Gedurende de periode tussen de twee wereldoorlog opende Ernst August Kaerger een succesvolle kliniek in havenstad Kiel. Het verwierf hem een hogere plek op de maatschappelijke ladder en gaf hem de financiële mogelijkheid om een landgoed in Selkau te bestieren. In dit deel van het boek spelen naast de ‘oude heer’ ook zijn drie kinderen een grote rol. Gedurende de Tweede Wereldoorlog vocht oudste zoon Ernst bij de Waffen-SS. Hij raakte tijdens het veroveren van een brug in Oekraïne gewond, waarna hij geen frontdienst meer vervulde. Zijn jongere broer Christoph was Marinehelfer en bediende een stuk luchtafweergeschut. Door inmenging van hun vader, die (als vrijmetselaar) weliswaar geen nazi’s was maar nog wel beschikte over contacten binnen het leger, werd hen beiden erger bespaard. Ernst August wist wat oorlog was en wilde niet dat zijn zoons zouden eindigen op een modderig slagveld of een bloedige operatietafel. Het verhaal van hun zus Marga is droeviger. Ze was een zorgenkind dat niet altijd goed meekwam, maar zich gelukkig voelde als ze op het landgoed van haar ouders kon helpen met het bewerken van het land en het verzorgen van de dieren. Haar vroege dood was mogelijk zelfverkozen.

Indirecte bronnen

Het is Lenstra goed gelukt om het leven van Ernst August Kaerger en dat van zijn gezinsleden te reconstrueren. In zijn boek laat hij hen ook zelf aan het woord. De brieven die de twee broers in oorlogstijd schreven aan hun ouders geven een mooi tijdsbeeld en laten zien hoe er binnen het gezin met elkaar werd omgegaan. Jammer genoeg was vader Ernst August zelf blijkbaar niet zo’n briefschrijver, want de citaten die van hem afkomstig zijn, beperken zich tot feitelijke notities en verslagen van operaties. Helemaal te doorgronden is de man daarom niet. Doordat hij ook geen dagboek bijhield of zijn memoires schreef, moest de auteur zich soms behelpen tot indirecte bronnen. Aan de hand van ervaringen van anderen en algemene feiten probeert hij dan een beeld te schetsen van wat zijn overgrootvader vermoedelijk meegemaakt heeft. Soms dwaalt hij daarbij echter wel wat ver af, bijvoorbeeld door lang uit te wijden over hoe Kaergers verblijfplaats in China eruit zag en wat er te doen was. Dat de muziekkapel hier 41 hoboïsten telde, is een feit dat niemand zal onthouden.

Wij willen hier geen avonturiers
Wij willen hier geen avonturiers
Het is jammer dat dit duidelijk met affectie geschreven boek enkele storende historische fouten bevat. De bewering dat de Amerikanen in de Eerste Wereldoorlog het oorlogstoneel betraden na het zinken van het Britse passagiersschip RMS Lusitania is er een van. De Lusitania werd op 7 mei 1915 getorpedeerd door een Duitse U-boot, wat de verhouding tussen de Amerikanen en Duitsers geen goed deed. Pas op 6 april 1917 verklaarde de VS Duitsland echter de oorlog. Een grotere blunder in deze publicatie is dat Denemarken, Noorwegen, Nederland, België, Luxemburg en Frankrijk tijdens de Tweede Wereldoorlog in april en mei 1941 capituleerden. Was er geen deskundige proeflezer of redacteur die de auteur op deze fouten had kunnen wijzen? Een kritische eindredactie had van Wij willen hier geen avonturiers een beter boek kunnen maken. Desondanks is het fascinerende familieverhaal, dat zich afspeelt op de woeste golven van de twintigste eeuw, het lezen waard, omdat het zoveel verschillende (historische) gebeurtenissen en onderwerpen bestrijkt, van oorlogen tot medische vooruitgang, in combinatie met persoonlijke successen en drama’s.

Boek: Wij willen hier geen avonturiers – Elco Lenstra

Bekijk dit boek bij:

Bekijk dit boek bij Historiek Geschiedenisboeken

Kevin Prenger (1980) is hoofdredacteur artikelen van TracesOfWar.nl. Zijn aandacht gaat vooral uit naar de geschiedenis van de Holocaust en nazi-Duitsland. In 2015 verscheen zijn boek Oorlogszone Zoo, over de geschiedenis van de Berlijnse dierentuin tijdens de naziperiode. Verschillende boeken over minder bekende verhalen uit de Tweede Wereldoorlog volgden: De boodschapper uit de hel, Een rechter in Auschwitz, Het masker van de massamoordenaar, Kerstmis onder vuur, Kolberg, Meer dan alleen Auschwitz en In de schaduw van Schindler. Zijn laatste boek is Van kinderwieg tot soldatengraf, over onderwijs en indoctrinatie van de jeugd in Hitlers Duitsland. Zie ook website of X-account.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×