De Kastalische bron in Delfi bevindt zich niet in het eigenlijke heiligdom van Apollo zelf, maar een eindje vóór de hoofdingang tot het tempelcomplex. Volgens Euripides’ toneelstuk Ion gingen de bezoekers van het orakel eerst naar deze bron om zich ritueel te reinigen. Het wassen van het haar was daarbij voldoende. Alleen moordenaars moesten zich van top tot teen wassen.
Het bronwater diende ook om de tempel van Apollo te besprenkelen. Het kwam van de twee rotsen die bekend stonden als de Faidriades en stortte zich als een beekje naar beneden, om zich onder Delfi te voegen bij de rivier de Pleistos. Volgens de Griekse schrijver Pausanias was het water heerlijk van smaak.
Dezelfde auteur vermeldt ook verschillende overleveringen over de oorsprong van de naam “Kastalisch”. Zo zou de bron naar een dame Kastalia zijn genoemd. De Karische dichter Panyassis, door Pausanias geciteerd, schijnt haar een dochter van de rivier de Acheloös te hebben genoemd, terwijl de dichter Alkaios van Mytilene geloofde dat de bron verbonden was met de rivier de Kefissos.
Legende
Volgens de legende plantte de god Apollo bij de Kastalische Bron een loot van de laurier die hij uit het Tempe-ravijn had gebracht naar Delfi. Het was het enige dat was overgebleven van Dafne, de nimf die zich aan een aanranding had onttrokken door te veranderen in een laurierboom. Er kan inderdaad een oude cultus voor een boom zijn geweest; er schijnt ook een standbeeld voor Gaia, Moeder Aarde, te zijn geweest. De Griekse onderzoeker Herodotos van Halikarnassos vermeldt dat in de buurt van de bron een heiligdom was voor een plaatselijke held die in 480 v.Chr. zou hebben geholpen de Perzische invallers terug te dringen.
Tegenwoordig is er alleen een rechthoekig vierkant bekken, uitgehouwen in de rotsen. Erachter staat een langwerpig reservoir waarvandaan het water door zeven leeuwenkop-vormige spuwers het bekken in spoot. Deze fontein dateert uit de Hellenistische of Romeinse periode, en is niet het oudste monument op deze plaats, maar van het oudere bronnenhuis is weinig over.
De bron was zo bekend dat het woord Kastalia kon worden gebruikt als synoniem voor Delfi en voor dichterlijke inspiratie. Het kon zelfs een ander woord zijn voor wijsheid, en het is daarom niet verwonderlijk om een voorstelling van de Kastalische Bron, hoewel toch iets uit de heidense eredienst, te vinden in een kerk, waar het dan de goddelijke wijsheid symboliseert ofwel Hagia Sofia ofwel Christus.
In een voetnoot bij zijn vertaling van Pausanias’ Gids voor Griekenland vermeldt de Britse classicus Peter Levi dat er in de jaren zestig nog mensen waren die meenden dat het water van Kastalia geneeskrachtige eigenschappen had en dat de bewoners van Delfi het daarom in het geheim bottelden.