Verpersoonlijkte fotografie worden de beelden van Tina Modotti genoemd. Haar kiekjes balanceren tussen esthetiek en politiek. Tina Modotti was echter meer dan een getalenteerde fotografe: ze was een model dat op pellicule plakte, een bejubelde theateractrice van de Italiaanse kolonie in San Francisco, een mysterieuze filmster in stomme films, dichteres, minnares en vriendin van vele kameraden en vooral voorvechtster van een sociale strijd voor vrede en rechtvaardigheid. Een mooie en gedreven vrouw van wie het leven een film lijkt waarin ze zelf de hoofdrol speelde.
Tina Modotti (1896-1942) belichaamt de historiek van de eerste helft van de twintigste eeuw: de migratieproblematiek, de vrouwenemancipatie, de kinderarmoede, de sociale strijd, Amerika als het beloofde land, tendensen in de artistieke fotografie, het ontstaan van de filmindustrie, de Mexicaanse revolutie met de rechten van de inheemse bevolking, het kunstzinnige muralisme dat de Mexicaanse overheid stimuleerde, de vijandschap tussen Stalin en Trotski, het fascisme, de Spaanse Burgeroorlog…
Waarom is Tina Modotti zo weinig gekend? Buiten Mexico, althans. Isabel Tejeda Martin, tentoonstellingscommissaris en autrice van het bijbehorende boek, geeft enkele redenen:
Het feit dat Tina een vrouw was, heeft zeker gespeeld in haar ‘onzichtbaarheid’. Veel van haar foto’s zijn niet op zich ontwikkeld en kenden pas laat hun weg naar de commercie en galerieën. Maar ook haar communistische overtuiging speelt een rol, zeker nadat senator McCarthy en zijn hevige anticommunistische heksenjacht in de jaren 50 in de Verenigde Staten woedde.
Dat maatschappelijke engagement heeft de jonge Tina met de paplepel meegekregen. Haar broer Benvenuto was actief in de prille communistische partij en haar vader, een technicus, was betrokken bij de grote stakingen eind negentiende eeuw in Noord-Italië. In Udine waar Assunta Adelaide Luigi Modotti Mondini in 1896 werd geboren, waren de arbeidsomstandigheden in de fabrieken erbarmelijk. Als Tina negen is, emigreren haar vader en oudste zus. Eerst naar Oostenrijk, later naar de Verenigde Staten. Moeder en de vier kinderen blijven aanvankelijk achter in Friuli, de noordelijke Italiaanse provincie en verkassen later ook naar Oostenrijk. Vermoedelijk is Tina’s eerste taal (naast haar Friuls dialect) Duits. Bij gebrek aan werk keren ze terug naar hun thuisbasis. Armoe troef.
Tina’s empathie spreekt uit één anekdote. Op een avond heeft Tina brood en salami voor haar moeder, broers en zusjes gekocht. Wat ze niet vertelt, is dat ze daarvoor haar mooie wollen sjaal heeft moeten verpanden. Aan dat cadeautje van een tante was ze nochtans gehecht, ook al omdat de sjaal haar beschermde tegen de winterse kou.
Die vroege gulheid bewaart ze een heel leven. Dat solidariteitsgevoel maakt ook haar latere foto’s zo uniek. Vaak zijn vrouwen (en hun zorgende leven) het centrale thema.
Kleding als identiteit
Dertien is ze wanneer ze in een textielfabriek de kost gaat verdienen. Die stoffenkennis komt haar later van pas wanneer ze met haar eerste man stoffen beschildert en batikt. Over de plas, in het ‘beloofde land’ Amerika. In San Francisco leefden begin twintigste eeuw ruim 20.000 geëmigreerde Italianen.
Zestien is ze wanneer ook zij – in haar eentje – vertrekt: een lange reis via Frankrijk met de boot in schamele omstandigheden naar New York en vandaar de trein helemaal naar Californië.
In het bohémienmilieu van San Francisco en Los Angeles, is Tina een opvallende verschijning. Ze is een vrijgevochten vrouw die met haar kleding haar persoonlijkheid uitdrukt. Ze draagt (mannen)pantalons en dat was toen bijzonder uitzonderlijk voor een vrouw. Bewust zoekt ze het artistieke milieu op. Schrijvers, diplomaten, kunstenaars troffen mekaar om over kunst, politiek en vrije liefde te palaveren. Op een feestje hadden de fuivers als spelletje hun voornaamste karaktertrek op een stukje papier gekrabbeld. Tina ook:
Tina Modotti: beroep: de mannen!
Negentien en mediterraan mooi was ze toen ze ‘trouwde’ met de kunstenaar Roubaix d’Abrie Richey, voor de vrienden Robo. Met hun textielcreaties hadden Tina en Robo wel enig succes. Maar om wat extra geld in het laatje te brengen, lonkte Tina naar Hollywood. Films van begin jaren twintig geerden Italiaanse – exotische – schoonheden. Maar de lange wachttijden bij opnames en onnozele verhaallijnen ontgoochelden Tina al gauw. Amper drie films met haar zijn bekend, onder meer The Tiger’s Coat (1920).
Vrije liefde
Op zoek naar nieuwe avonturen, artistieke projecten, betaald werk… en een nieuwe droom trekt eerst Robo en nadien Tina naar de overkant van de grens; Mexico, het toevluchtsoord voor kunstenaars en arbeiders na de (bloedige) revolutie van 1910. Toen werd die grens overgestoken in de richting Noord-Zuid.
De Mexicaanse minister van onderwijs Vasconcelos had een uitgebreid ontwikkelingsprogramma opgesteld. Een project waarbij ook kunstenaars betrokken werden. De staat gaf schilders als (de beroemde) Diego Rivera, José Clemente Orozco en anderen de opdracht grote muren met fresco’s te beschilderen. Educatieve beelden op publieke plekken. Intussen zijn het wereldberoemde muurschilderingen waarvoor ook Tina Modotti – naakt zelfs – model stond. Maar tevens portretteerde ze Diego Rivera, aan het werk voor een enorme muurwand.
Na de plotse, dramatische dood van Robo wil Tina er zich voorgoed vestigen. Rond 1923 besluit ze er samen met haar minnaar, de Amerikaanse iconische fotograaf Edward Weston een fotostudio te openen. De zwart-wit foto’s die hij van haar naakte lichaam maakte op een zonovergoten dakterras, zijn van een adembenemende schoonheid. De oudere, al beroemde Weston en het jonge model komen tot een overeenkomst:
Tina is zijn model en zijn assistente. Ze beloofde Westons huishouden en fotostudio te organiseren als hij haar leert fotograferen. Weston schenkt haar – als loon – haar eerste fototoestel, een Corona. Dat is een grote, zware bak. Isabel Tejeda Martin
Tina leerde het vak achter de camera, het ontwikkelen van de pellicule, het kiezen van onderwerpen, het kaderen. Vlug zelfs.
Hoop en rozen
Weston, gekend voor zijn straight photography met een pure, vormelijke beeldentaal, beïnvloedt duidelijk de eerste kiekjes van Tina: bloemen en planten, bamboestokken, elektriciteits/telefoonkabels in Mexico,… Maar dra worden haar foto’s meer beklijvend: Mexicanen in hun alledaagse bezigheden, de erbarmelijke leefomstandigheden maar ook de revolte, de boerenopstanden, de betogingen, foto’s voor de linkse krant El Machete… Maar ook marionetten met een vleugje ironie. Al haar foto’s worden in eigentijdse kranten afgedrukt. Nu halen haar beelden, bij voorbeeld de close ups van rozen, recordprijzen.
Tina maakt indruk; niet alleen met haar foto’s maar ook met haar fiere houding en haar kledingstijl. De kreupele schilderes Frida Kahlo die zich een vriendin noemde, imiteerde zelfs haar stijl: een gerende rok, een hemdbloes in zijde, een rode das en… een speld in de vorm van een hamer en een sikkel.
Vuur en vlag
Met haar toetreding tot de Mexicaanse communistische partij in 1927 engageerde Tina zich voor het goede doel en frequenteerde linkse, bohémien kringen, waar ook schilder Diego Rivera (een jaartje haar minnaar) deel van uitmaakte. Volgens de overlevering zou het kibbelende schilderspaar Frida Kahlo-Diego Rivera, ook wel eens “de twee tortelduiven” genoemd, getrouwd zijn op het terras van Tina Modotti. Tussen de wasdraden met lingerie.
Niet dat het elke dag feest is; daarvoor zijn de inkomsten te mager. De eindjes worden aan mekaar geknoopt. Maar er zijn de uitnodigingen voor etentjes, zo ook bij de beroemde dichter Pablo Neruda, toen de Chileense ambassadeur in Mexico. De dag na haar dood schrijft de latere Nobelprijswinnaar een hommage aan haar. De eerste versregels van Neruda staan op haar grafsteen gebeiteld:
Tina Modotti, hermana, no duermes, no, no duermes:
Tina Modotti, zusje, je slaapt niet, nee, nee je slaapt niet
Je hart hoort nog het groeien van de roos van gisteren.
De laatste roos van gisteren, de nieuwe roos.
Rust zachtjes, zusje
Het zijn je naasten, zusje, zij die vandaag je naam zeggen
Over alle delen van water en land
En met jouw naam roepen en noemen we andere namen
Opdat het vuur niet zou sterven.
Een van haar iconische foto’s is Vrouw met de vlag. Typisch een beeld dat esthetiek, symboliek en engagement verweeft: een vrouw die lijkt te stappen naar een ideale toekomst.
Tina beschouwt zich niet als een ‘artieste’ maar als een ‘fotografe’ met proletarische idealen Isabel Tejeda Martin
Communistisch complot
Binnen die communistische beweging vindt Tina ook dé liefde van haar leven: Julio Antonio Mella. De affaire met de mooie Cubaanse revolutionair, de ‘linkse Adonis’, eindigde echter op een dramatische wijze. Tijdens een tocht huiswaarts na een avondlijke bijeenkomst wordt Mella op straat doodgeschoten. In Tina’s armen blaast Mella zijn laatste adem uit. De politie verdenkt Tina van medeplichtigheid aan de gecomplotteerde moord op haar geliefde en legt haar urenlang op het rooster. Zij is dé ‘Italiaanse’, dé ‘buitenlandse’. Kranten besmeuren haar reputatie. Zelf schrijft ze daarover spottend:
Wie had dat gedacht, hé? Dat kleintje dat er zo zacht uitzag en die zo’n mooie foto’s nam van bloemen en babies.
Maar de dood van haar geliefde en het onderzoek zijn voor haar een traumatische ervaring. Het is tevens een aanzet voor Tina om Mella’s herinnering te eren. En dat wil ze doen door zich meer in te zetten voor de antifascistische en anti-imperialistische strijd. Om den brode vertaalde Tina al af en toe Lenin in het Spaans. Kunst en engagement wil ze nog inniger verweven. De politieke toestand van Mexico werd evenwel onstabiel. Het politieke klimaat en het wereldtoneel kantelen: de Italiaanse migrante fulmineert ook tegen de opkomst van Mussolini in haar geboorteland en al die subversieve activiteiten vallen niet in goede aarde.
Begin jaren dertig wordt zij – en haar nieuwe kompaan VittorioVidali, een sinistere beroepsrevolutionair, heimelijk verdacht van de aanslag op Mella en op Trotski – uit de ‘nieuwe’ wereld verbannen. Met haar streekgenoot – Vidali stamt uit Trieste – begint ze een zwerftocht via Nederland, naar Berlijn en tot in Moskou. Als fotografe is het er moeilijk werken. Bovendien weigert ze staatsieportretten van partijbonzen en partijpropaganda te maken. Ze refuseert zelfs om de officiële fotografe van de communistische partij te worden want kunst en schoonheid moeten niet ten dienste van de propaganda staan, vindt ze. Dat is het einde van haar carrière als fotografe.
Ik kan het levensvraagstuk niet oplossen door mezelf te verliezen. In mijn geval vecht leven altijd om te domineren. Ik steek teveel kunst in mijn leven.
Ze doet haar camera – een grote Graflex – van de hand om zich uitsluitend met de organisatie van de Internationale Rode Hulp, een hulporganisatie van de Sovjet-Unie, bezig te houden. Vermits ze Frans praat, mag ze naar Parijs en ontsnapt zo aan het schrikbewind van Stalin met de stelselmatige zuiveringsoperaties. In Parijs organiseert ze voor duizenden déléguées een Congrès international des femmes contre la guerre et le fascisme.
Non Maria
Tina wordt stiller, zwijgzamer; ze keert zich in zichzelf. Haar gezel Vidali, waarvan ze vermoedde dat ie bloed aan zijn handen had, omschreef haar als een burcht waarvan de ophaalbrug was opgeheven. Met haar levenservaring wist Tina waarschijnlijk dat ze moest zwijgen. Niet in de kijker lopen.
Als Maria del Carmen Ruiz Sanchez trekt ze voor Rode Hulp naar de Spaanse Burgeroorlog. Verkleed als non werkt ze in een hospitaal waar vluchtelingen en gewonden worden opgevangen. Onder diverse schuilnamen redt ze honderden kinderen. In Spanje ontmoet ze de beroemde fotograaf Robert Capa en zijn vriendin-fotografe Gerda Taro, de schrijvers Ernest Hemingway en André Malraux, sympathisanten van de Internationale Brigades. Tina is echter bijzonder discreet. Het is niet duidelijk of ze ook daar foto’s heeft gemaakt.
Onder verschillende pseudoniemen ‘Maria’, ‘Carmen Ruiz’, ‘Vera Martini’ schrijft ze verscheidene artikels in de krant ‘Ayuda, Semanario de la Solidaridad’. Ze organiseert ook het IIe Internationaal Congres van schrijvers ter verdediging van Cultuur. Maar of ze ook foto’s heeft gemaakt, moet nog meer onderzocht worden. Isabel Tejeda Martin
De machtsovername van Franco dwingt haar om zelf te vluchten. Over de Pyreneeën naar Frankrijk. Het is een penibele tocht. Onder een valse naam keert ze terug naar Mexico. Afgepeigerd en uitgeput.
Een van haar laatste foto’s is van haar hondje Suse op het dakterras op de vijfde verdieping van haar appartement. Net voor ze sterft, probeerde ze op nieuwjaar 1942 nog een armoezaaier van de nachtelijke vrieskou te redden.
Een zucht, dat hoorde de taxichauffeur en Tina was dood. Vijfenveertig jaar. Gebroken hart. Op de achterbank van een taxi in Mexico-stad. Alleen. Op een koude januarinacht in 1942.