De Kerelopstand of opstand van Kust-Vlaanderen duurde van najaar 1323 tot zomer 1328. Net als de noodlottige veldslag bij Kassel is de episode lang niet zo bekend als de grote Vlaamse Opstand van 1297-1305 en vooral de legendarische Guldensporenslag van 1302. Desondanks komen de oorzaken van de Kerelopstand voort uit de nasleep van de Guldensporen-opstand.
De vondsten uit Springendal zijn van regionaal en nationaal belang en worden tot belangrijkste vroegmiddeleeuwse vondsten van Nederland gerekend.
De historische omstandigheden en diverse gebeurtenissen juist in de veertiende eeuw hebben ervoor gezorgd dat de graafschappen Holland, en in iets mindere mate Zeeland, de kans hebben gekregen om uit te groeien tot welvarende gewesten. Met name Holland nam toen een voorsprong op de andere ‘landen’ binnen wat nu Nederland is.
De middeleeuwse naam ‘Gelre’ zou verbonden zijn met een drakenverhaal. Een woeste draak met lichtgevende ogen zou zijn gedood door de broers Wichard en Lupold van Pont.
De eerste ballonstrip van Nederland komt uit 1493 en bevindt zich in het archief van het Erfgoedcentrum in Zutphen. Het is de zogenaamde Maan- en klaagbrief, een prachtig geïllustreerd tijdsdocument uit de vijftiende eeuw.
Een schilderij in het Louvre in Parijs is definitief toegeschreven aan de Nijmeegse schilder Johan Maelwael. Het gaat om het werk 'De drievuldigheid met laatste communie en marteling van St Denis'.
De Koninklijke Bibliotheek in Den Haag heeft een bijzonder middeleeuws handschrift uit Zwolle aangekocht. Het gaat om een verlucht (met de hand geïllustreerd) getijdenboek uit de periode ca. 1450-1470.
Met de gloednieuwe tentoonstelling vrijheid, vete, vagevuur wil het Fries Museum in Leeuwarden laten zien hoe rijk het middeleeuwse leven was, hoe ontwikkeld en complex. Het vizier is niet alleen gericht op Fryslân, zo blijkt uit de ondertitel ‘de middeleeuwen in het noorden’.
Het verzet van de Poorters van Zierikzee en de overwinning in de Zeeslag op de Gouwe voor de poorten van Zierikzee in 1304 liggen aan de basis van de Vrede van Parijs. Zeeland Bewesten- en Beoostenschelde werden samengevoegd en Zeeland werd een bestuurlijke eenheid, een Graafschap. Dat is volgend jaar 700 jaar geleden.
De zegelstempel blijkt eigendom te zijn geweest van ridder Dirck van Nijenbeek (1232-1296), een voormalige eigenaar van kasteel Nijenbeek. Waarschijnlijk was hij ook de stichter van het kasteel dat dus ook naar hem is vernoemd.
Tijdens de Slag op de Gouwe. ook wel Slag bij Zierikzee, namen een Frans-Hollandse en een Vlaamse vloot het in 1304 tegen elkaar op. Inzet: de hegemonie over Zeeland.
Wanneer geschreven wordt over oude vestingen en stadsmuren komen de begrippen ‘rondeel’ en ‘bastei’ geregeld voorbij. Wat zijn een rondeel en een bastei?
Vermoedelijk gaat het om merktekens van de heilige drie-eenheid “OOO”, een symbool voor de vader, de zoon en de heilige geest.
De Friese adel van de late middeleeuwen opereerde in een niet-feodaal gebied dat lange tijd geen landsheer kende. Hadden de leden, hoofdelingen genaamd, zich uit de boerenstand omhooggewerkt of vormden ze vanouds een gesloten stand? En hoe zat het met hun vermogen?
Eén van de beroemdste activiteiten uit Friesland, het fierljeppen, is al eeuwen oud. In de Middeleeuwen was een polsstok niet alleen een middel om over een sloot te springen, maar ook een wapen. In het depot van het Fries Museum zijn onlangs fysieke resten gevonden van deze polsstoksperen.
Het is een wonder dat 'The Book of Margery Kempe' alles heeft overleefd. Dit werk, ‘de eerste in het Engels geschreven autobiografie’ genoemd, had talloze keren verloren kunnen raken of vernietigd kunnen worden.
Doel is het getijdenboek, in fragmenten overgeleverd, zo compleet mogelijk te reconstrueren en meer te weten te komen over de makers, de opdrachtgever en de inhoud.
Wielrenner Jacques Anquetil (1934-1987) was de allersnelste ‘Viking’ ooit. Dat hij nog steeds te boek staat als een van de beste renners aller tijden is bij wielerliefhebbers uiteraard bekend. Dat er een flinke kans is dat bij Anquetil ook Viking-bloed door de aderen stroomde, zullen in die kringen echter weinigen weten.
Het Hanzepaardje uit circa 1300 is tegenwoordig een van dé symbolen van de voormalige hanzestad Harderwijk.
Tijdens de recente heisa rond uitspraken over de al dan niet bedreigde raciale eigenheid van het Hongaarse volk viel op sociale media wel eens het commentaar dat de Hongaren nochtans zelf uit Centraal-Azië afkomstig zijn. Klopt dit?
Voor de vroege middeleeuwer waren de waarneembare en de bovenzinnelijke wereld volledig met elkaar verweven, laat Luit van der Tuuk zien in Indiculus. Iedereen was zich voortdurend bewust van de aanwezigheid van bovennatuurlijke machten die invloed uitoefenden op het aardse bestaan.