De CPN en de executie van de Rosenbergs – juni 1953

Deel 16 van de serie ‘CPN in de Koude Oorlog’
8 minuten leestijd
Executie Rosenbergs, voorpagina De Waarheid (20-6-1953). Bron: Delpher (Detail)
Executie Rosenbergs, voorpagina De Waarheid (20-6-1953). Bron: Delpher (Detail)

Op 19 juni 1953 werd in de Sing Sing-gevangenis in de Amerikaanse staat New York het echtpaar Julius (35 jaar) en Ethel (37 jaar) Rosenberg geëxecuteerd op de elektrische stoel. Zij waren twee jaar eerder, in 1951, veroordeeld tot de doodstraf in verband met spionage voor de Sovjet-Unie. Hun twee jonge kinderen bleven als wees achter. President Eisenhower was niet ingegaan op gratieverzoeken van de advocaat van de Rosenbergs; ook ging hij niet in op verzoeken om clementie die hem vanuit de hele wereld bereikten.

Executie Rosenbergs, voorpagina Los Angeles Times (20-6-1953)
Executie Rosenbergs, voorpagina Los Angeles Times (20-6-1953)
Op 20 juni 1953 kopte de communistische partijkrant De Waarheid: ‘Julius en Ethel Rosenberg offerden hun leven voor de vrede’. Verder schreef de krant:

‘Twee edele mensen stierven. Maar in hun dood triompheerden zij over de machten van de oorlog. En met hen zegevierde het kamp van de vrede’. 1

De krant was vooral trots: trots op twee onverzettelijke communisten die hun leven hadden gegeven voor de vrede; trots op twee martelaren. Dit jaar is het 67 jaar geleden dat de Rosenbergs werden geëxecuteerd. In het begin van de jaren vijftig werd er door velen fel geprotesteerd tegen hun doodvonnis. Welke rol speelden de communisten, en in het bijzonder de CPN, bij de gebeurtenissen rond de executie van de Rosenbergs?

Voorgeschiedenis

Al in de tweede helft van de jaren dertig waren Julius en Ethel Rosenberg, van joodse komaf, actief in de Amerikaanse communistische beweging. Later werden ook Ethels broer, David Greenglass, en diens vrouw Ruth lid van de partij. Julius Rosenberg werkte tijdens de oorlog als ingenieur op een onderzoekscentrum van het Amerikaanse leger. Vanaf 1942 ging hij informatie verstrekken aan de geheime dienst van de Sovjet-Unie. Toen Greenglass later als technicus kwam te werken bij het zeer geheime Manhattanproject – gericht op de ontwikkeling van de atoombom – gingen hij en Julius Rosenberg informatie over het project doorgeven aan de Sovjets. Greenglass stal de stukken en Rosenberg gaf die informatie door aan zijn contactpersoon.

Julius Rosenberg bij zijn arrestatie, 1950
Julius Rosenberg bij zijn arrestatie, 1950 (Publiek Domein – Department of Justice – wiki)
In 1950 werden de Rosenbergs en de Greenglasses gearresteerd voor spionage – voor het doorspelen van staatsgeheimen over de atoombom aan de Sovjet-Unie. In april 1951 werden de Rosenbergs veroordeeld tot de doodstraf. Tijdens het proces loog Greenglass over de betrokkenheid van zijn vrouw Ruth. Om haar te vrijwaren van straf zei hij dat niet zij maar zijn zus Ethel stukken zou hebben overgetikt, die Julius dan weer overdroeg aan zijn contactpersoon. David Greenglass, die schuld had bekend, kreeg in april 1951 vijftien jaar gevangenisstraf; zijn vrouw werd niet veroordeeld. Het materiaal dat Rosenberg aan de Sovjet-Unie verstrekte bleek achteraf overigens niet van groot belang voor het ontwikkelen van de Russische atoombom.

Het proces tegen de Rosenberg trok wereldwijd de aandacht. Er werd uitgebreid campagne voor hen gevoerd. Na hun veroordeling begon een langdurige strijd om de voltrekking van het doodvonnis te voorkomen. Hun advocaat diende vele gratieverzoeken in. De Rosenbergs kregen van het Amerikaanse ministerie van Justitie te horen dat het gratieverzoek zou worden ingewilligd als ze schuld bekenden en informatie zouden verstrekken over de spionage-organisatie van de Sovjets in de Verenigde Staten. Dat weigerden ze. Ze zagen zich als de ‘eerste slachtoffers van het Amerikaanse fascisme’. Ethel Rosenberg schreef in een gratieverzoek:

‘Wij kunnen onze naam niet besmeuren door het afleggen van valse getuigenissen.’

Achtergrond

De na-oorlogse Verenigde Staten waren in het begin van de jaren vijftig jarenlang in de greep van de angst voor het rode gevaar (red scare); veel mensen met linkse sympathieën werden daarvan het slachtoffer. De republikeinse senator Joseph McCarthy speelde daarbij een hoofdrol. Het Rosenberg-proces vond plaats in de McCarthy-jaren.

In 1950 stelde McCarthy de vraag hoe de Sovjet-Unie zo snel een eigen atoombom had kunnen bouwen (in 1949) en hoe de communisten de macht in China hadden kunnen overnemen (ook in 1949). Zijn antwoord op die vragen: verraad! Volgens hem hadden hooggeplaatste functionarissen in de VS verraad gepleegd en gespioneerd voor de Sovjet-Unie. Een heksenjacht volgde, steeds weer aangejaagd door McCarthy. Tussen 1950 en 1953 bleef hij de regering ervan beschuldigen te weinig te doen tegen de communistische dreiging.

 Julius en Ethel Rosenberg verlaten een Amerikaanse rechtbank na schuldig te zijn bevonden, 1951
Julius en Ethel Rosenberg verlaten een Amerikaanse rechtbank na schuldig te zijn bevonden, 1951 (Publiek Domein – Roger Higgins – wiki)

Berichtgeving in De Waarheid

Na de veroordeling van de Rosenbergs in 1951 hebben de communisten, in Nederland en elders, langdurig campagne voor hen gevoerd. Door het indienen van petities probeerde men de Amerikaanse president te bewegen gratie te verlenen. En aan de Nederlandse premier werd gevraagd te interveniëren bij de Amerikaanse president. De Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) schreef in haar rapportages dat de communisten de Rosenbergs goed konden gebruiken bij hun wereldwijde anti-Amerikaanse campagne.

In de dagen na hun executie stond De Waarheid vooral stil bij het martelaarschap van de Rosenbergs. De berichtgeving had een sterk anti-Amerikaans karakter. In zijn editie van 20 juni 1953 schreef de krant uitvoerig over de executie. De krant citeerde de advocaat van de Rosenbergs:

‘Schande over Amerika. De Amerikaanse democratie is met de Rosenbergs gestorven.’

Executie Rosenbergs, voorpagina De Waarheid (20-6-1953). Bron: Delpher.
Executie Rosenbergs, voorpagina De Waarheid (20-6-1953).
Bron: Delpher.

Ook in een gedicht over de executie (afgedrukt op pagina 3 van de krant) wees de bekende communistische schrijver Theun de Vries met een beschuldigende vinger naar de Amerikaanse regering:

Niets wordt vergeten, niets wordt afgekocht.
Ethel en Julius gaan niet meer dood.
Wat hen naar ’t leven stond, dàt is vannacht
Gevonnist!

Waarheid-redacteur Friedl Baruch juichte de Rosenbergs toe als martelaren voor de goede zaak:

‘De grootste zoon en de grootste dochter van de Amerikaanse natie hebben ons verlaten. […] Zij kozen de dood in ere en wonnen aldus een plaats onder de grootsten der groten.’

Hij noemde hun niet zwichten voor de enorme druk ‘een weergaloos voorbeeld van moed en vastberadenheid’. Zij ontleenden hun kracht ‘[a]an de idee die zij vertegenwoordigden!’ Aan het communisme dus. ‘En de grootheid van een idee is te herkennen aan de grootheid van de mensen, die zij voortbrengt.’

Op 22 juni vond in Amsterdam een herdenking van de Rosenbergs plaats die in het teken stond van hun martelaarschap: ‘Twee maal was de grote zaal van Bellevue vanavond vol met mensen — tot in het diepst van hun hart bewogen’. De Waarheid schreef:

‘Allen – mannen en vrouwen, mensen van allerlei gezindten – waren gelijkelijk vervuld van smart, om het verlies van deze twee nobele mensen, van vlammende woede om dit ten hemel schreiende onrecht, van moed en trots tevens, omdat het grote kamp van de vrede zulk weergaloos heldendom heeft voortgebracht als dat van die twee eenvoudige Amerikaanse burgers, die in het aangezicht van de verbrandingsdood trouw bleven aan de zaak van de vrede’.

Aan het eind van de avond werd namens 2000 mensen een protesttelegram naar president Eisenhower gestuurd.

De Waarheid gebruikte de gebeurtenissen rond de Rosenbergs ook om zichzelf een compliment te geven. Op 26 juni schreef hoofdredacteur Marcus Bakker dat de enorme omvang van het protest in Nederland tegen de executie van de Rosenbergs toch vooral aan zijn krant te danken was. Die besteedde elke dag wel aandacht aan hun zaak: ‘Zonder De Waarheid zou het Nederlandse volk niet van het bestaan van deze twee prachtige Amerikanen hebben afgeweten, zou de gruwelijke aanslag op hun leven aan ons volk zijn voorbij gegaan, zou er in Nederland niets zijn gedaan voor hun redding’. Kortom, een onmisbare krant: ‘De Waarheid — zij is tegelijk ogen, oren en de stem van het volk. Dat hebben de jongste gebeurtenissen bewezen’.

Berichtgeving in de overige kranten

Ethel Rosenberg bij haar arrestatie, 1950
Ethel Rosenberg bij haar arrestatie, 1950 (Publiek Domein – wiki)
De meeste niet-communistische kranten waren van mening dat de Rosenbergs werden gebruikt voor een door de Russen geïnspireerde anti-Amerikaanse campagne. Toch hoopten in ieder geval de sociaal-democratische kranten Het Vrije Volk en Het Parool (in hun edities van 17 juni 1953) dat de Amerikaanse president op humane gronden gratie zou verlenen. Het Parool schreef:

‘Wij voegen […] onze stem bij die van de velen, die om redenen van zuivere menselijkheid uitdrukking gaven aan hun hoop dat president Eisenhower gratie zal verlenen. Het is hem niet gemakkelijk gemaakt dat te doen, juist door de propagandistische munt, die men van communistische kant uit het geval heeft trachten te slaan. Toch menen wij, dat het Amerikaanse staatshoofd door genade voor recht te laten gelden wijs zou handelen’.

De grote Nederlandse kranten berichtten zakelijk over de executie van de Rosenbergs. Daarnaast stonden ze stil bij de vele protesten wereldwijd. Ze achtten de Rosenbergs schuldig, maar veel kranten betwijfelden of bij de berechting van de twee wel de juiste procedure was gevolgd. Verder schemerde in de berichtgeving duidelijk door dat men tegen de doodstraf was en had gehoopt dat de Amerikaanse president clementie zou betrachten, zeker gezien de lange tijd tussen vonnis en executie. In Het Vrije Volk schreef hoofdredacteur K. Voskuil:

‘[H]et is uit menselijk oogpunt verwerpelijk een doodvonnis te voltrekken na zo lange tijd van onzekerheid’.

Het rooms-katholieke dagblad De Volkskrant ging in de editie van 20 juni 1953 ook in op de achtergronden van de zaak. Volgens de krant maakten de Rosenbergs deel uit van een omvangrijk Russisch plan om de Amerikaanse atoomgeheimen te stelen. Anderhalf jaar na hun veroordeling begon Sovjetleider Stalin met een ‘vredescampagne’, waarin ook de Rosenberg-zaak een rol speelde. Volgens de krant was het doel van de Sovjet-campagne juist om te voorkomen dat de Rosenberg gratie zouden krijgen:

‘Door hun propagandatactiek hebben de communisten de hindernissen opgestapeld voor een uitweg naar clementie. En met opzet. Als de doodstraf van de Rosenbergs inderdaad was gewijzigd dan zouden zij meteen als communistische paradepaarden waardeloos zijn geworden. Nu gaan zij een toekomst van rode martelaars tegemoet’.

Volgens de krant was dit ‘martelaarschap’ van de Rosenbergs de belangrijkste winst voor de Sovjets: ‘Zij moet de rode bloem zijn, die het ontsierde blazoen van het na-Stalinistische Kremlin siert’.

Tot slot

Mugshot van David Greenglass
Mugshot van David Greenglass (Publiek Domein – wiki)
Volgens de huidige historische inzichten hebben Julius Rosenberg en de beide Greenglasses gespioneerd voor de Russen; Ethel niet. Zij werd veroordeeld op basis van de (niet juiste) getuigenis van haar broer David Greenglass, die daarmee zijn eigen vrouw probeerde vrij te pleiten. Ethel was dus onschuldig en haar man Julius wist dat. Waarom liet hij toe dat zijn onschuldige vrouw werd geëxecuteerd? Maar ook Ethel zelf wist natuurlijk dat zij onschuldig was. Waarom hield zij desondanks haar mond, tijdens het proces en daarna?

Het antwoord op deze vragen is dat Julius en Ethel Rosenberg hun leven wilden opofferen voor de communistische heilsleer. De historicus Jolande Withuis schreef:

‘[P]as door je bereidheid die prijs te betalen, bewijs je een goed communist te zijn’.

En goede communisten wilden ze zijn. De Rosenbergs kozen weloverwogen voor het martelaarschap, hun jonge kinderen als wezen achterlatend.

De communistische beweging wereldwijd, en ook de CPN, was buitengewoon trots op de Rosenbergs, op haar martelaren voor de vrede. En ze kon hen natuurlijk zeer goed gebruiken in haar anti-Amerikaanse campagnes.

~ Jan de Vetten

Dit artikel maakt onderdeel uit van de serie De CPN in de Koude Oorlog

Ook interessant: CPN (Communistische Partij van Nederland)
…of: De Koude Oorlog – Samenvatting & Tijdlijn

Bronnen en Noten

Boeken
– Judt, Tony, Postwar. A history of Europe since 1945 (Londen 2006).
– Stutje, J.W. , De man die de weg wees. Leven en werk van Paul de Groot 1899-1986 (Amsterdam 2000).
– Verrips, Ger, Dwars, duivels en dromend. De geschiedenis van de CPN 1938-1991 (Amsterdam 1995).
– Withuis, Jolande, Raadselvader. Kind in de Koude Oorlog (Amsterdam 2018).

Kranten
– De Waarheid, De Volkskrant, Het Vrije Volk en Het Parool. Zie: http://www.delpher.nl.

Noten:

1 – In de communistische beeldvorming is het ‘socialistische kamp’, aangevoerd door de Sovjet-Unie, van nature gericht op vrede. Het kapitalistische kamp, onder aanvoering van de Verenigde Staten, is van nature oorlogszuchtig (tweekampentheorie).

Jan de Vetten is historicus, afgestudeerd in Leiden in 1981. In 2016 promoveerde hij in Leiden op zijn proefschrift: In de ban van goed en fout. De bestrijding van de Centrumpartij en de Centrumdemocraten (1980-1998). Het boek is uitgegeven bij Prometheus, Amsterdam. Momenteel doet hij onderzoek naar de omgang met en bestrijding van links- en rechts-radicale partijen.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×