Dark
Light

Tweede Italiaans-Ethiopische Oorlog (1935-36)

De Volkenbond in de houdgreep van Mussolini
27 minuten leestijd
Tweede Italiaans-Ethiopische Oorlog - Italiaanse artillerie in de provincie Tembien in 1936 (Publiek Domein - wiki)

De door de Italianen opgezette rooftocht in Noord-Afrika is zonder twijfel de heetste aardappel die de Volkenbond op haar bordje heeft gekregen. Op het moment dat Mussolini besluit Ethiopië te annexeren bezitten de Italianen al twee aan het land grenzende koloniën, Eritrea in het noorden en Somaliland in het zuiden. Gebieden die economisch van weinig betekenis zijn en geen onderlinge verbindingslijnen kennen of verbindingen met aangrenzende gebieden die onder Frans en Engels beheer staan.

Het Wal-Wal incident

De Ethiopische keizer keizer Haile Selassie in 1934
De Ethiopische keizer keizer Haile Selassie in 1934 (Publiek Domein – wiki)
Ethiopië is een vruchtbaar land waar de bewoners het christendom aanhangen en het is zelfstandig. In 1896 weerstaat het een Italiaanse invasie en sinds 1928 zwaait Ras Tafari er de scepter die in 1930 de titel aanneemt van keizer Haile Selassie. Italië heeft zich neergelegd bij deze situatie en doet zelfs zijn best om Ethiopië lid te laten worden van de Volkenbond. Het fascistische land belooft de integriteit van het keizerrijk te zullen respecteren, een toezegging die te Addis Abeba in 1928 bekrachtigd wordt met de Italo-Ethiopian Treaty of Friendship, Conciliation and Arbitration. Dit neemt echter niet weg dat Italië zijn expansionistische neigingen geenszins heeft losgelaten. Als Italië aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog aarzelt of het zijn lot zal verbinden aan dat van de Britten en Fransen, houden laatstgenoemden de Italianen de worst voor dat in geval van een geallieerde overwinning, zij er alles aan zullen doen om het land mee te laten profiteren wanneer de verdeling van de Duitse koloniën – die zij beschouwen als oorlogsbuit – aan de orde is. Maar als puntje bij paaltje komt verloopt alles traag en tonen zij zich krenterig. Vandaar dat de Italianen hun blik richten op Ethiopië en het is Mussolini die in 1933 de koe bij de horens vat en een aanvalsplan ontwerpt om het keizerrijk aan zich te onderwerpen.

Op 5 december 1934 doet zich ergens aan Ethiopië’s onafzienbare en slecht bewaakte grenzen een incident voor, en wel nabij Wal-Wal, een betwist gebied tussen Italiaans Somaliland en de Ethiopische provincie Ogaden. Meer dan honderd Ethiopiërs en zo’n dertig Somaliërs vinden de dood bij dit treffen. Wie begonnen is doet niet ter zake en is ook lastig te achterhalen, maar het incident vormt in de ogen van de Italiaanse dictator een prachtige casus belli. Als zwakkere partij stellen de Ethiopiërs dat deze kwestie conform de regels voor arbitrage uit het verdrag van 1928 moet worden afgehandeld, maar Mussolini beweert dat de zaak duidelijk is. Ethiopië dient excuus aan te bieden en schadevergoeding te betalen, want, zo redeneert de Duce, Wal-Wal is Italiaans bezit. Haile Selassie houdt voet bij stuk en verzoekt de Secretaris-Generaal van de Volkenbond om de aandacht van zijn Raad te vestigen op deze zaak. Begin januari verwittigt de keizer de Secretaris-Generaal ervan dat nabij de grenspost Gerlogubi de Italianen bezig zijn troepen samen te trekken. Op dat moment heeft men in Genève nog maar weinig vermoeden van de bedoelingen van Mussolini, maar het gevoel groeit dat deze affaire kan uitlopen op een formidabele test van de autoriteit van de Volkenbond. Het is duidelijk hoezeer Mussolini het zich beneden zijn waardigheid acht om op voet van gelijkwaardigheid met Haile Selassie te gaan onderhandelen. Toch is Ethiopië als lid van de Volkenbond volledig gerechtigd om de Raad te verzoeken op te treden als vredesrechter, want is de bond niet plicht om zwakkere staten te beschermen tegen de agressie van sterkeren?

Vrijage met Mussolini

De Raad aarzelt en wacht op een initiatief van Engeland en Frankrijk. Maar deze landen bekommeren zich niet om het onder Italiaanse druk staande medelid Ethiopië. Zij hebben, net als Italië, zo hun eigen expansionistische ambitie in het gebied. En wat meer is, zowel Britten als Fransen begrijpen heel goed dat de Duce er niets van moet hebben om ten overstaan van de Raad op voet van gelijkheid met Haile Selassie publiekelijk te kijk te worden gezet. Samen met de Italianen hebben zij Ethiopië omringd met hun koloniën en het land langdurig van de wereld afgesloten gehouden en dus vinden zij het vanzelfsprekend dat de Wal-Wal kwestie door hen in onderling overleg wordt bedisseld en dat de Volkenbond hun oordeel slechts heeft te beamen. Deze houding streelt de trots van Mussolini, maar voor de Britten en Fransen speelt de gedachte dat de dictator mogelijk in staat is de agressiviteit van de nazi’s in te tomen en daarom willen zij hem graag te vriend houden. Daarbij speelt het feit dat Mussolini na de moord op de Oostenrijkse kanselier Engelbert Dollfuss in juli 1934, Hitler heeft tegengehouden in diens pogingen het land binnen te vallen, waarmee de Duce veel krediet heeft opgebouwd. En dus proberen Frankrijk en Engeland bij de Raad een procedure af te dwingen ter behandeling van de Ethiopische kwestie die aanvaardbaar is voor Italië.

In eerste instantie boekt Ethiopië succes door Italië zover te krijgen de bepalingen van het verdrag van 1928 in acht te nemen, maar de keerzijde ervan is dat de Raad akkoord gaat met het voorstel van de Italianen om de zaak voorlopig van de agenda te halen in de verwachting dat alles in goed overleg tussen de betrokken partijen zal worden opgelost. Voor de Fransen is er een probleem dat hun minister van Buitenlandse zaken, Pierre Laval, zou hebben gecreëerd door voordat de Raad bijeenkomt het met Italië op een akkoordje te gooien en – zo luidt het gerucht – daarbij Italië de vrije hand heeft gegeven om militaire actie te ondernemen in Ethiopië. En in Engeland vraagt de Britse minister van Buitenlandse zaken, Anthony Eden, zich af wat de gevolgen kunnen zijn voor het Britse imperium als de Italianen Ethiopië annexeren. In elk geval realiseren beide ministers zich heel goed dat er gevaar schuilt achter de geruststellende verklaringen van de Italianen, maar desalniettemin zijn zij hoopvol op een goede afloop. Die hoop wordt weldra de bodem ingeslagen, want de Italianen geven geen krimp, spelen op tijdwinst en beginnen intussen in Eritrea arbeiders te mobiliseren en in eigen land reservisten op te roepen.

Benito Mussolini tijdens een troepeninspectie in Rome, december 1934
Benito Mussolini tijdens een troepeninspectie in Rome, december 1934 (Publiek Domein – wiki)

Voor iedereen is dan wel duidelijk wat Mussolini van plan is: Ethiopië zijn wil opleggen met geweld. En het is ook duidelijk dat er slechts één weg is om de dictator tegen te houden en dat is een ferm optreden van de Volkenbond. Dat is precies wat Haile Selassie verwacht van de Raad. De Italianen wijzen elk idee van arbitrage of optreden van de Volkenbond af met als argument dat de militaire voorbereidingen slechts bedoeld zijn om zich te weren tegen eventuele lokale Ethiopische agressie. Maar natuurlijk gaat het niet om incidenten als dat bij Wal-Wal, het gaat om het bewaken van de vrede tussen twee leden van de Volkenbond en dat is typisch een zaak die de Raad regardeert. Toch worden de pogingen van Italië om de Raad er buiten te houden door Engeland, Frankrijk en ook Rusland met begrip bezien omdat zij Italië te vriend willen houden. Want op hetzelfde moment dat Ethiopië zijn wensen neerlegt bij de Raad, kondigt Hitler de vorming aan van een enorm leger van dienstplichtigen. Niemand wil het risico lopen Mussolini in handen te drijven van de Führer.

Italië bereidt zich voor op gewapende actie

De Raad komt bijeen op 15 april en de Italiaanse vertegenwoordiger, Baron Pompeo Aolisi zet uiteen dat het nu tijd is om de arbitragecommissie te benoemen waar het verdrag uit 1928 gewag van maakt en dat de zaak nu in een stroomversnelling zal komen. Laval en de Britse vertegenwoordiger, John Simon, ondersteunen deze gedachte en zijn het eens met Aloisi dat de Raad nu eigenlijk niets te bespreken heeft en dat het punt kan terugkomen op de agenda van de volgende vergadering.

Niemand protesteert. De Raad voegt zich naar de wensen van de drie grootmachten en de bepalingen van het Handvest verdwijnen in de mist. Als in de weken erna de grote mogendheden, verstoord als zij zijn door de openlijke schendingen van Duitsland van het Vredesverdrag van Versailles, het belang van het Handvest beklemtonen is het alsof dat voor Europa wel geldt, maar voor Afrika van geen belang is. Mussolini is tevreden, hij weet dat Britten en Fransen hem geen strobreed in de weg zullen leggen. En zo sleept de affaire zich voort, alle ruimte biedend aan de Italianen om zich voor te bereiden op militaire actie.

Anthony Eden
Anthony Eden (Publiek domein/wiki)
Intussen begint bij het publiek de mening post te vatten dat als het Handvest in geval van Afrika in de prullenmand verdwijnt, dit net zo goed voor Europa kan gebeuren. De kleine landen maken zich zorgen, evenals de kleurlingen die zich bedrogen weten en zich realiseren er als het gaat om niet-blanken er met twee morele maten wordt gemeten. In de loop van de zomer van 1935 vindt er een regeringswisseling plaats in Engeland. Labour verlaat het toneel en de conservatieven treden aan met James Baldwin als premier, Samuel Hoare als minister van Buitenlandse Zaken en Anthony Eden als minister van Volkenbondsaangelegenheden. Het is Eden die de tijdgeest begrijpt en zich ontpopt als verdediger van het Handvest. Vanaf dat moment is ook helder dat Mussolini er niet alleen op aast om Ethiopië te koloniseren, maar dat het fascistische Italië in gevecht is met de Volkenbond.

Eind juni gaat Eden naar Rome met een voorstel op zak waarmee de Britten willen proberen iedereen tevreden te stellen. Het voorziet in het afstand doen door Ethiopië van een deel van de Ogaden, de aanleg van een spoorweg door Ethiopië die de Italiaanse koloniën met elkaar verbindt, terwijl in ruil daarvoor Ethiopië een deel van Brits Somaliland verkrijgt, bestaande uit de haven van Zeila en een strook land dat Ethiopië verbindt met de zee. Voor Ethiopië een interessant voorstel, maar Mussolini veegt het van tafel. Reden voor de Volkenbond om zijn verantwoordelijkheid te nemen, zeker wanneer de Haile Selassie melding maakt van enorme Italiaanse versterkingen aan de grens en verzoekt om een neutrale onderzoekscommissie te sturen. Maar weer geeft de Raad niet thuis en neemt kennis van het voornemen dat Italië, Frankrijk en Groot-Brittannië zullen proberen in onderling overleg tot een oplossing te komen, een overleg waar Ethiopië niet voor wordt uitgenodigd. Een handelwijze die volstrekt uit de tijd is. Eden is er weinig gelukkig mee, maar zwicht voor de druk van zijn Franse collega Laval of wellicht die vanuit Londen. Vanuit de Verenigde Staten is voor de Ethiopische keizer geen hulp te verwachten. Haile Selassie wijst de Amerikanen op de wenselijkheid de bepalingen van het Kellogg-Briandpact (het resultaat van een Amerikaanse poging om de wereldvrede te bewaren dat in 1928 door 55 landen is ondertekend) na te leven, maar de Verenigde Staten, waar het isolationisme inmiddels hoogtij viert, beperken zich tot een nietszeggende verbale steun aan zwakke naties die door sterkeren worden bedreigd. De angst voor een mogelijke oorlog zit er bij de grootmachten goed in.

Pierre Laval, minister van Buitenlandse Zaken van Frankrijk, 1931
Pierre Laval, minister van Buitenlandse Zaken van Frankrijk, 1931 (Publiek Domein – wiki)
Op 16 augustus begint het drie-partijenoverleg in Parijs, maar binnen een paar dagen is het bekeken. Italië is tot geen enkel compromis met Ethiopië bereid. Laval en Eden doen nog een uiterste poging. Zij brengen een voorstel ter tafel dat zeer ver gaat, maar wat acceptabel is voor de keizer ter wille van de vrede. Het voorziet hierin dat Ethiopië onder curatele wordt gesteld van een internationale commissie die het land zal helpen zich te reorganiseren tot een moderne staat, te benoemen door de Volkenbond of door Frankrijk, Engeland en Italië. Italië verkrijgt ook het recht de gewenste spoorweg aan te leggen en wordt een aantal economische privileges in het vooruitzicht gesteld.

Voor Haile Selassie een gevaarlijk compromis, want het lijkt erop dat hij, wanneer hij hiermee akkoord gaat, in feite de onafhankelijkheid van Ethiopië op het spel zet. Maar dat is precies wat Italië wil. En terwijl Aloisi tegenover de pers goede sier maakt met het mandaat dat Italië krijgt over Ethiopië, gebeurt wat voorspelbaar is: Mussolini veegt er de vloer mee aan en telegrafeert aan zijn zijn bevelhebber in Afrika: ‘Maak er een eind aan.’ Op 10 september, zo wil de Duce, moet opperbevelhebber de Bono klaar zijn met de samentrekking van 300.000 manschappen vergezeld van 250 gevechtsvliegtuigen in Somalië en Eritrea. En al die tijd heeft de Italiaanse dictator er alles aan gedaan om te voorkomen dat Ethiopië zich kan bewapenen. Alle landen bij wie Haile Selassie eventueel terecht kan zoals Frankrijk, België, Tsjecho-Slowakije en Denemarken vaardigen onder druk van de Duce een verbod af op wapenleveranties aan het bedreigde Afrikaanse keizerrijk.

De strijd begint

Als afgesproken komt de Raad in september weer bijeen om het Italiaans-Ethiopisch conflict te bespreken. De Italianen doen een forse aftrap door het Wal-Wal incident te bagatelliseren en de Raad een uitvoerig memorandum voor te leggen waarin Ethiopië wordt afgeschilderd als een barbaars, agressief en achterlijk land, dat de bepalingen in het Handvest over slavernij op grote schaal schendt en dat het niet waard is om lid te zijn van de Volkenbond. In combinatie met een enorme publiciteitscampagne een slimme zet, want niet ontkend kan worden dat Ethiopië tekortkomingen vertoont en er zeker nog niet in geslaagd is om de slavernij volledig uit te bannen. Maar iedereen weet dat het land zijn best doet en op de goede weg is. En dan nog, gesteld dat het memorandum de realiteit weergeeft, de bezwaren die erin staan opgesomd geven Italië nog niet het recht om Ethiopië aan te vallen zonder daarmee het Handvest te schenden. Leden van de Volkenbond kunnen ook niet zomaar voor zichzelf beslissen dat Ethiopië de bond moet verlaten, daarvoor voorziet het Handvest in een nauwkeurige procedure.

De handelwijze van Italië ontmoet flinke tegenstand van de Russische afgevaardigde Litnikov die verwoordt wat andere leden voelen, maar die niet het woord durven te voeren. De Raad gaat uiteen na een commissie van vijf (Groot-Brittannië, Frankrijk, Polen, Spanje en Turkije) te hebben benoemd die de kwestie zal bestuderen en gaat zoeken naar een vreedzame oplossing. Maar de kansen daarop zijn gering en bestaan in feite uit twee mogelijkheden. Of de Volkenbond treft sancties zoals hij daartoe gerechtigd is als Italië aanvalt, of er wordt nagegaan of Italië niet toch nog overreed kan worden door nieuwe concessies te doen. In Londen en Parijs besluit men om op beide paarden te wedden, een dubbelstrategie die een enorme tegenstrijdigheid bevat en de Volkenbond in gevaar brengt.

Samuel Hoare
Samuel Hoare (Publiek Domein – wiki)
Vanaf dat moment lijkt het alsof de Volkenbond een strijd voert om zijn bestaan. Is het systeem dat moet voorzien in handhaving van de vrede robuust genoeg of gaat het in de strijd met de Italiaanse dictator ten onder? Het publiek roert zich, vakbonden, en kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders sturen petities naar Genève ter ondersteuning van acties die de machtswellust van Rome moeten intomen, alleen het Vaticaan hult zich in stilzwijgen. Deze steun uit alle hoeken van de wereld laat Eden niet onberoerd en op 5 september laat hij zijn collega’s weten dat de wereld kennelijk door heeft dat het voortbestaan van de Volkenbond op het spel staat. Voor iedereen is het duidelijk, Italië is uit op oorlog. Op 9 september komt de Algemene Vergadering bijeen en als eerste voert de Britse minister van Buitenlandse Zaken Hoare het woord. Hij windt er geen doekjes om. Groot-Brittannië is bereid om zijn plaats als voortrekker van de Volkenbond in te nemen en alles waar de bond voor staat te verdedigen. Die verklaring geeft nieuwe moed, maar de houding van de Fransen gooit roet in het eten. Bekend is dat Frankrijk Italië niet voor het hoofd wil stoten en het vermoeden bestaat dat Laval Mussolini toezeggingen heeft gedaan die contrair zijn met de plichten van leden van de Volkenbond. Bovendien is de Franse pers duidelijk pro-Italië en anti-Volkenbond. Met moeite komt het hoge woord eruit bij de Fransen: hun land zal zijn plichten niet verzaken. Opluchting alom, want nu is duidelijk dat een Italiaanse aanval op Ethiopië beschouwd zal worden als een schending van het Handvest die gevolgd wordt door sancties. Intussen heeft de commissie van vijf Haile Selassie een aangepast compromis voorgelegd dat inhoudt dat Ethiopië’s soevereiniteit nominaal in stand blijft, maar dat de verantwoordelijkheid voor het beheer van het land in handen wordt gelegd van vertegenwoordigers van de Volkenbond. De keizer accepteert dit idee als basis voor verdere onderhandelingen, maar Mussolini wijst het direct af.

“Vanuit Rome wordt te kennen gegeven dat de Ethiopische mobilisatie wordt opgevat als een provocatie die niet onbeantwoord kan blijven.”

De climax in het conflict blijft niet lang uit. Op 25 september komt het bericht van de keizer dat hij zijn troepen dertig kilometer terugtrekt van de grens om incidenten te voorkomen die de vonk in het kruitvat kunnen doen slaan. Hij voegt eraan toe dat alle pogingen tot verzoening zijn uitgeput en dat de Raad een oordeel moet vellen. Maar de gebeurtenissen zijn niet meer te stuiten. Op 28 september kondigt Haile Selassie een algemene mobilisatie af en op 3 oktober komt de Italiaanse legermacht in actie zonder dat er een oorlogsverklaring wordt afgegeven. Vanuit Rome wordt te kennen gegeven dat de Ethiopische mobilisatie wordt opgevat als een provocatie die niet onbeantwoord kan blijven. Enkele uren later overschrijden Italiaans troepen de grens en worden Ethiopische steden gebombardeerd. Twee dagen later ligt een oordeel van de Raad op tafel dat er niet om liegt en de Italiaanse zaak in essentie veroordeelt. Italië heeft niet alleen het Handvest geschonden, maar ook inbreuk gemaakt op het Kellogg-Briandpact en het vriendschapsverdrag van 1928.

Ethiopische soldaten tijdens de Italiaans-Ethiopische Oorlog, 1935
Ethiopische soldaten tijdens de Italiaans-Ethiopische Oorlog, 1935 (Publiek Domein – wiki)

Veroordeling en sancties

Nooit eerder is een internationaal conflict zo duidelijk veroordeeld. Tijdens het debat over het rapport vertolkt de Haïtiaanse vertegenwoordiger de mening van kleine landen door op te merken dat…

‘Groot of klein, sterk of zwak, dichtbij of ver weg, blank of gekleurd, laten we niet vergeten dat we ooit iemands Ethiopië kunnen zijn.’

De Raad keurt het rapport unaniem goed. Het is duidelijk, het rapport veroordeelt de handelwijze van de Italianen die de gevolgen van dit vonnis moeten dragen, dat wil zeggen sancties opgelegd door de Volkenbond. En de eerste sanctie waartoe besloten wordt is het verbod op wapenleveranties aan de agressor.

Maar voor Laval en Eden is het nog altijd niet duidelijk dat er nu een keuze gemaakt moet worden tussen het te vriend houden van Italië en de handhaving van het Handvest. Zij blijven hinken op twee gedachten die elkaar niet slechts uitsluiten maar wederzijds destructief zijn. Intussen kijken landen elkaar aan. Wie durft als eerste over te gaan om de sancties te implementeren? Er zijn begrijpelijke aarzelingen en eigenlijk zit iedereen te wachten tot Groot-Brittannië het voortouw neemt. Dit land zal zijn verantwoordelijkheid nemen en de Volkenbond naar de overwinning leiden.

Augusto Vasconcellos
Augusto Vasconcellos (Publiek Domein – wiki)
Er wordt een comité ingesteld dat de uitvoering van de sancties bewaakt en coördineert. Het comité kiest de oud-premier van Portugal, Augusto Vasconcellos tot president. Hij neemt zijn taak serieus op en laat zich niet intimideren door de Italiaanse pers of door klaagzangen van de Italiaanse diplomaten in Lissabon. Op voorstel van Eden beslist het comité dat dat alle wapenleveranties aan Italië met onmiddellijke ingang worden gestopt en op Zwitserland en Luxemburg na besluit het tevens unaniem dat leveranties aan Ethiopië zijn toegestaan. Ook worden sancties van financiële aard goedgekeurd zoals het verbod op het verstrekken van kredieten aan Italiaanse bedrijven. Dan is er de kwestie van het exportverbod naar Italië van grondstoffen die nodig zijn voor oorlogsvoering. Dat lijkt niet zo eenvoudig omdat er voor Italië de mogelijkheid bestaat om bijvoorbeeld olie te importeren vanuit de Verenigde Staten of Duitsland. De Amerikaanse overheid toont haar goede wil en vraagt de zakenwereld af te zien van leveringen aan beide strijdende partijen, maar de Italianen slagen er toch in hun benodigdheden binnen te halen. Een sanctie die wel door de buitenwereld wordt gesuggereerd maar niet aan de orde komt is die van afsluiting van het Suezkanaal. Dat is desastreus voor de Italianen die vanwege deze barrière gedwongen zijn met de Volkenbond on speaking terms te komen, maar de Britten willen daar niets van weten. Zij vrezen een Italiaanse reactie in de vorm van een aanval op hun vlooteenheden in de Middellandse Zee en het risico rechtstreeks in een maritiem conflict te komen met Mussolini willen de Britten niet nemen. Als er twee maanden verstreken zijn sinds het begin van de oorlog lijken de maatregelen enig effect te hebben gesorteerd. Met name de financiële situatie van Italië is verslechterd, zij het dat de bevolking nog niet veel te lijden heeft omdat de importmogelijkheden van voedingsmiddelen buiten de sancties zijn gehouden.

Toch begint er onrust en kritiek op te borrelen onder de Italianen, niet zozeer over de vooruitzichten voor een verslechterende levensstandaard, maar veel meer door het slechte nieuws van het gevechtsfront. De opmars van de Italiaanse troepen is niet zo spectaculair als iedereen verwachtte en de Duce maakt zich zorgen over de toenemende politieke druk vanuit Europa. Ook de internationale arbeidersorganisaties roeren zich en bepleiten een versnelde uitvoering van de sancties en hun leden weigeren mee te werken aan producten of diensten bestemd voor de fascisten. Protestantse kerken, vrouwenorganisaties en tal van andere menslievende instellingen wensen de Volkenbond alle succes toe.

Het Hoare-Lavalplan

Eind november zal het comité weer bijeenkomen en iedereen verwacht van de Britten en Fransen dat zij zich volmondig zullen scharen achter het voornemen om de export van belangrijke grondstoffen als kolen, staal en olie aan Italië te verbieden. Vooral olie is cruciaal, want het Italiaanse leger is daar geheel afhankelijk van. Zonder olie rest hen slechts zich terug te trekken. In deze voor Mussolini nijpende situatie wendt hij zich voordat het comité bijeen komt tot Laval. De Duce dreigt met het verlaten van de Volkenbond, hij dirigeert troepen naar de Franse grens, en waarschuwt de Franse minister dat hij de Rivièra zal bombarderen. Dat brengt Laval ertoe aan het comité te vragen om vanwege privéredenen de bijeenkomst veertien dagen op te schuiven en dat is precies de tijd die Mussolini nodig heeft om olie-importen uit Roemenië, Rusland en Amerika veilig te stellen. Maar daar blijft het niet bij. Begin december vertrekt Hoare richting Zwitserland voor een korte vakantie, maar bezoekt op diens verzoek op zijn weg Laval in Parijs. De Fransman zet hem onder druk door te suggereren dat wanneer Mussolini Afrika moet opgeven vanwege gebrek aan olie, hij wellicht het Britse imperium zal aanvallen, waaraan Laval toevoegt dat hij Franse steun in dat geval waarschijnlijk moet ontberen. Hoare raakt in twijfel en geeft zijn fiat aan een plan dat door de Fransen al is voorgekookt en die naar zijn indruk de Italiaanse agressor kan overhalen de oorlog te beëindigen.

Benito Mussolini, 1934
Benito Mussolini, 1934 (Publiek Domein – wiki)
Het Hoare-Laval plan bestaat uit twee voorstellen. Het eerste is de uitruil van territoria. Ethiopië wordt geacht een slordige 150.000 km² op te geven in ruil voor een verbinding met de zee met een oppervlakte van 7.800 km². Tweede voorstel houdt in dat Ethiopië zo ongeveer de hele zuidelijke helft van het land – 440.000 km² – aan Italië ter beschikking stelt voor economische expansie. Dit gebied blijft wel onder Ethiopische soevereiniteit, maar het beheer ervan wordt gevoerd door Italianen onder toezicht van de Volkenbond. De Italianen dienen garant te staan voor het welzijn van de lokale bevolking. Het is de bedoeling dat het plan geheim wordt gehouden, maar natuurlijk lekt het uit en brengt een golf van verontwaardiging te weeg in tal van landen. Vooral de kleinere verwijzen het direct in woede naar de prullenmand, want iedereen is ervan overtuigd dat uitvoering van dit plan zal uitmonden in complete annexatie. Dat het Hoare-Laval plan de spot drijft met Ethiopië en met de hele Volkenbond is duidelijk, maar wat men niet door heeft is dat dit het resultaat is van de dubbelstrategie die Londen en Parijs vanaf het begin hebben gevolgd. Ook in Ethiopië neemt men in verbijstering en verontwaardiging kennis van het plan en de keizer stuurt direct een reactie. Niet naar Londen en Parijs, maar naar Genève. Hij vraagt om de Algemene Vergadering bijeen te roepen en een open debat te voeren. In Italië kan het plan evenmin rekenen op bijval. De Duce karakteriseert het als hypocriet.

Nu de strijdende partijen het plan afwijzen lijkt uitvoering geven aan de sancties onontkoombaar, maar als het comité op 12 december bijeenkomt delen Laval en Eden mee dat zij een nieuwe basis voor onderhandelingen hebben gestuurd aan de belligerenten en de Raad erover zullen informeren. Zolang er nog gepraat wordt is er hoop, aldus Hoare en Laval, en is pas op de plaats met de sancties logisch en gewenst. Knarsetandend gaat het comité akkoord de zitting opnieuw uit te stellen en het oordeel van de Raad af te wachten. Op 18 december komt de Raad bijeen en wanneer Eden zijn openingsspeech houdt weet hij en laat hij blijken dat het plan al morsdood is. Laval beweert tegen alle feiten in dat er voor hem geen duidelijkheid is omdat hij de mening van strijdende partijen nog niet kent en houdt zich op de vlakte. Italië schittert door afwezigheid. Wolde Mariam, de Ethiopische vertegenwoordiger schetst de hopeloze situatie van zijn land en vraagt om financiële steun aan de Raad om zich te kunnen verzetten tegen de oppermachtige agressor. De auteurs van het plan doen er het zwijgen toe evenals de andere leden van de Raad die vervolgens vaststelt dat hem niet gevraagd is om een mening te geven over het Hoare-Laval plan. Tussen de regels door een veroordeling, maar er valt niets meer te zeggen en ook van de Algemene Vergadering wordt geen enkele reactie vernomen. Het comité gaat uiteen zonder iets te kunnen hebben doen.

Mosterdgas

Iedereen is verbijsterd over de besluiteloosheid van de Volkenbond en velen kijken uit naar een nieuw initiatief vanuit Londen. Dat komt er nadat Hoare is afgetreden en Eden zijn plaats inneemt. Eden, voorvechter van de Volkenbond die door Mussolini gevreesd wordt. Maar voordat de Raad bijeenkomt op 20 januari 1936 gebeurt er niets. Op de agenda van die sessie worden twee besluiten genomen met betrekking tot de kwestie Ethiopië. Eerste besluit is om verder af te zien van pogingen om via overleg de vechtende partijen met elkaar te verzoenen, dit tot opluchting van de Ethiopische delegatie die zich verlost weet van de druk tot het doen van nog verderstrekkende concessies. Tweede besluit is het afzien van financiële steun aan Ethiopië om reden dat een in 1930 uitgewerkt verdrag dat de Raad verplicht slachtoffers van agressie geldelijk te steunen, wel door velen is toegejuicht, maar door weinigen is geratificeerd en nu wil geen land zijn vingers eraan branden.

Intussen gebeurt er weinig aan het front waar het Ethiopische leger zich staande tracht te houden tot aan het begin van het regenseizoen dat het de gemechaniseerde vijand onmogelijk maakt vorderingen te maken. In Italië wordt het effect van de getroffen sancties meer en meer voelbaar, vooral omdat de terugvallende export en toenemende import de goudreserves van het land doen smelten als sneeuw voor de zon. De verwachting is dat dit financiële appeltje voor de dorst over een maand of negen zal zijn verdwenen. Daar staat tegenover dat de sancties weinig of geen effect sorteren in de Italiaanse koloniën, die vanuit buurlanden alles kunnen betrekken wat zij nodig hebben. Velen hebben de hoop dat de Britten het signaal zullen geven de schroef verder aan te draaien, maar van eerder geaccepteerde plannen voor een embargo op kolen, ijzer en staal wordt afgezien als het Secretariaat aantoont aan de hand van statistisch onderzoek dat zo’n embargo zinloos is. De president van de Raad stelt wel voor een olie-embargo nader op zijn merites te laten toetsen. Dat doet het sanctiecomité, dat medio februari met een rapport komt dat klip en klaar stelt dat in geval van het instellen van een olie-embargo Italië binnen vier maanden op de knieën ligt. De weg is vrij voor onmiddellijke instelling van het embargo, maar diverse regeringen vragen tijd om het rapport nader te bestuderen.

De ondanks het uitstel van het olie-embargo zich toch in het nauw gedreven voelende Italianen, blijven volhouden dat zij niets anders doen dan de barbaarse slavenhouders van Ethiopië beschaving bij te brengen en in Italiaanse ogen is daarbij gebruik van mosterdgas een probaat middel. Het effect van verspreiding van dit gas op militairen en de doorgaans blootsvoets lopende bevolking laat zich raden. Niet alleen fysiek zijn de gevolgen vreselijk, maar het zet een zware domper op de geestkracht van de Ethiopiërs die tot dan toe ongebroken is geweest. Zonder mosterdgas zouden zij wellicht hebben kunnen standhouden, maar nu gaat het snel bergafwaarts. In de maand februari winnen de Italianen enkele veldslagen aan het noordelijk front en veel leden van de Volkenbond beseffen dat het vijf voor twaalf is. Begin maart maken de ministers van Buitenlandse Zaken van Engeland en Frankrijk zich op voor de komende bijeenkomst van het sanctiecomité. Eden is van de partij en voor Frankrijk treedt Lavals opvolgen aan, Etienne Flandin, wat zeker geen koerswijziging inhoudt van de Fransen, integendeel. Eden verklaart dat de Britse regering meegaat in uitvoering van een olie-embargo als de medeleden van de Raad die olie produceren daartoe genegen zijn. Het is een verklaring voor de binnenlandse bühne, want verder doet Eden geen concrete voorstellen. Flandin heeft de vrije hand.

“Frankrijk heeft gekozen, het houdt Mussolini te vriend ten koste van de Volkenbond.”

Op 3 maart bereikt een bericht van de Raad Rome en Addis Abeba met de vraag of zij bereid zij tot open overleg over het beëindigen van de vijandelijkheden. De keizer stemt onmiddellijk in, maar Mussolini wacht een kleine week met het geven van een bevestigend antwoord. Aannemelijk is dat hij daarmee het tijdrekken van Flandin in Genève wil ondersteunen. Hoe dan ook, op 7 maart verandert de hele situatie als Hitler het verdrag van Locarno aan zijn laars lapt en het in 1936 gedemilitariseerde Rijnland binnentrekt. De Italiaanse dictator trekt zijn toezegging niet in, maar zijn ogenschijnlijk hoffelijke houding jegens de Volkenbond verdwijnt en maakt plaats voor openlijke minachting. Hij maakt duidelijk dat er niets of niemand hem meer in de weg staat. Frankrijk heeft gekozen, het houdt Mussolini te vriend ten koste van de Volkenbond. De afloop van de beraadslagingen van de Raad is voorspelbaar. Mussolini wordt gevraagd de beginselen van het Handvest te onderschrijven en men waagt een laatste poging om een overeenkomst tussen Italië en Ethiopië te bewerkstelligen. Mussolini speelt een handig diplomatiek spel. Hij wil de Volkenbond niet verlaten om de schijn te wekken niet achter Hitler aan te lopen en weet zoveel tijd te rekken dat een Italiaanse overwinning op het slagveld hem niet meer kan ontgaan.

De Raad komt weer bijeen op 20 april. Aloisi spreekt nu als vertegenwoordiger van een land dat zowel in militair als diplomatiek opzicht overwinnaar is gebleken. In Europa zijn er nu nog maar weinig landen die Mussolini niet het hof willen maken. Zij vrezen de dictator. Voor Ethiopië is het nu vrijwel voorbij, zij het dat de hoofdstad Addis Abeba nog niet is ingenomen. Aloisi betoogt dat Italië, ondanks de onrechtvaardigheden die het van de kant van de Volkenbond te beurt zijn gevallen, steeds in de geest van het Handvest heeft gehandeld en met zijn beschavingsarbeid in de bezette gebieden reeds een begin heeft gemaakt. Ook is hij genegen tot onderhandelen en wil de Raad daar beslist bij betrekken, maar niet voordat de Ethiopiërs de wapens hebben neergelegd. Mariam houdt het kort en zegt dat Italië nooit van plan is geweest zich te gedragen als loyaal lid van de Volkenbond en dat het de plicht is van de Raad om de olie-sancties terstond te implementeren. Aloisi antwoordt dat zijn land zich steeds redelijk heeft opgesteld en dat de Raad zich ervan bewust moet zijn dat Europa pas kan rekenen op de medewerking van Italië als het conflict in Ethiopië tot een einde is gebracht. Het doek valt voor Ethiopië en terwijl iedereen er zich van bewust is dat de Volkenbond een zware nederlaag heeft geleden, klinkt er nauwelijks kritiek of protest en terwijl deze maskerade zich ontwikkelt in Genève stoten de Italiaanse troepen door.

Op 2 mei geeft de keizer het op en verlaat zijn land en die avond nog kondigt Mussolini aan dat beschaving heeft gezegevierd over barbarij en dat nu Italië onherroepelijk heerst over Ethiopië. Een week later maakt hij vanaf het Palazzo Venezia bekend dat de koning van Italië zich tooit met de erfelijke titel van keizer van Ethiopië.

Het moreel failliet van Frankrijk en Engeland

Maar nog is de vernedering van Ethiopië niet compleet, want bij de opening van de bijeenkomst van de Raad op 11 mei stelt Aloisi vast dat Ethiopië als zelfstandige staat heeft opgehouden te bestaan en dat zijn vertegenwoordiger dus dient te vertrekken. De Raad kan dit niet over zijn hart verkrijgen en behandelt Wolde Mariam gewoon als vertegenwoordiger van een lid van de Volkenbond, waarop de Duce zijn vertegenwoordigers terugroept naar Rome. Gedurende enkele weken houdt de Raad zijn rug recht, maar dan stelt Argentinië dat de Raad de knoop moet doorhakken. Het is óf doorgaan met de sancties óf toegeven dat de Volkenbond een nederlaag heeft geleden. De feiten spreken voor zich: Italië heeft de oorlog gewonnen en de keizer is gevlucht. Wat rest er nog anders dan dat de Raad zich daarbij neerlegt en erkent dat het systeem van collectieve veiligheid heeft gefaald? Maar de Raad laat een definitieve beslissing over aan de Algemene Vergadering. Even flakkert er hoop bij de voorstanders van handhaving van de sancties als er een regeringswisseling plaatsvindt in Frankrijk en de socialist Léon Blum aan de macht komt. Blum geeft te kennen dat Frankrijk zich aan Britse zijde schaart als dat land verklaart de sancties te willen voortzetten. De Britten aarzelen en gaan uiteindelijke door de knieën. Op 10 juni spreekt Neville Chamberlain, dan minister van Financiën, tijdens een speech voor conservatieve leden van het parlement als zijn mening uit dat handhaving van de sancties ‘the very midsummer of madness’ is en dat de rol van de Volkenbond overwogen moet worden. Vrede dient in de toekomst te worden gehandhaafd door regionale overeenkomsten tussen de betrokken partijen. Chamberlain doet deze uitspraak zonder tevoren met Eden te overleggen en dat is geen toeval.

Neville Chamberlain
Neville Chamberlain
Op 30 juni komt de Algemene Vergadering bijeen en de stemming is gedrukt. Vrijwel alle kleine landen zijn het er over eens dat zij door de grote mogendheden zijn overtroefd en in de steek gelaten. Het inzicht breekt bij hen door dat in de toekomst het Handvest allerminst een garantie biedt voor hun veiligheid. Het Hoare-Laval plan, het traineren van het olie-embargo, de hofmakerij richting Mussolini nadat Hitler het verdrag van Locarno aan snippers heeft gescheurd, het zijn allemaal ideeën geweest uit de koker van de Fransen die voortdurend beweerd hebben pal te staan voor de bepalingen van het Handvest. En de Britten, die zich steeds hebben opgeworpen als morele waakhond van de principes van de Volkenbond, hebben zich voor de Frans-Italiaanse kar laten spannen. De Algemene Vergadering heeft drie zaken op de agenda: de sancties, de kwestie van erkenning van de soevereiniteit van Italië over Ethiopië en de vraag of de Volkenbond hervormd moet worden. Alvorens de Algemene Vergadering, waarin Italië schittert door afwezigheid, zich buigt over de sancties en hoort wat Ethiopië daarover te zeggen heeft, wordt een Italiaans memorandum voorgelezen waarin nogmaals de edelmoedigheid van de Italianen wordt geschetst en dat gewag maakt van het enthousiasme waarmee de Ethiopische bevolking de Italiaanse troepen verwelkomd heeft. Als de Volkenbond een eerlijk oordeel zou geven over de gang van zaken, dan is Italië bereid het lidmaatschap voort te zetten en deel te nemen aan de discussies rond de hervorming van de bond. Dan krijgt de Ethiopische keizer het woord, maar als hij het spreekgestoelte nadert, staat de Italiaanse consul op in protest en begint een groep van Italiaanse verslaggevers ostentatief te joelen. Uiteraard worden zij verwijderd en Haile Selassie begint zijn speech waarin hij de Duce aan de schandpaal nagelt, verzoekt de sancties te handhaven en Italië’s soevereiniteit niet te erkennen. De Algemene Vergadering doet er het zwijgen toe. En weer zijn het Frankrijk en Engeland die Mussolini niet meer dan nodig is voor het hoofd willen stoten.

“Eden en zijn Franse collega Yvon Delbos concluderen dat de geloofsbrieven van de Ethiopiërs niet in orde zijn, want hun brieven zijn afgegeven door een staatshoofd die zijn autoriteit kwijt is.”

Rest het vraagstuk van de hervorming van de Volkenbond en geen land voelt zich er gemakkelijk bij, zich realiserend wat er in de afgelopen maanden is gebeurd. De oorlog is niet voorkomen en Ethiopië is geslachtofferd. De Volkenbond kraakt in zijn voegen. Het is óf kiezen voor adequate bescherming voor elk lid tegen agressie, óf de leden worden ontslagen van de plicht anderen te hulp te snellen zoals in het Handvest is bepaald. De berg baart een muis. Het enige wat wordt afgesproken is dat alle leden schriftelijk hun conclusies weergeven gebaseerd op de recente ervaringen. En alles is vergeefs, want de Duce laat zich aan niets gelegen liggen. Vlak na het sluiten van de Algemene Vergadering stuurt hij zijn vliegtuigen richting Spanje om Franco bij te staan in diens strijd om de macht. Bizar is dat de Duce nog altijd wil samenwerken met de andere leden van de Volkenbond en geen neiging vertoont om zijn lidmaatschap op te zeggen, ofschoon de Italiaanse pers de bond overlaadt met hoon. Maar Italië wenst niet in een zaal te zitten met de Ethiopische vertegenwoordigers. Als altijd wordt voorafgaande aan de bijeenkomst van de Algemene Vergadering een commissie benoemd die de geloofsbrieven van de gedelegeerden onderzoekt. Eden en zijn Franse collega Yvon Delbos concluderen dat die van de Ethiopiërs niet in orde zijn, want hun brieven zijn afgegeven door een staatshoofd die zijn autoriteit kwijt is. De commissie laat zich niet zomaar overtuigen, maar realiseert zich dat wanneer zij de geloofsbrieven accepteert, de Italianen zullen wegblijven. Eindoordeel is dat het politiek gezien onmogelijk en oneervol is om de Ethiopiërs de deur te wijzen. De veelgeplaagde leden van de Algemene Vergadering houden nu voet bij stuk, buigen niet voor de Frans-Britse druk en geven de Ethiopiërs het voordeel van de twijfel. Een begrijpelijk besluit, want na alles wat er gebeurd is lijkt het een sprookje om aan te nemen dat Italië ooit nog loyaal zou meewerken binnen de Volkenbond. De samenwerking met Duitsland om in Spanje Franco aan de zege te helpen spreekt boekdelen.

Meer artikelen over de Volkenbond
Ook interessant: Benito Mussolini (1883-1945): “Il Duce”, dictator van Italië

Willem Peeters (1944) is redacteur van de website Casa Cultural waarop naast de complete geschiedenis van Spanje en biografieën van prominente Spaanse politici, artikelen te vinden zijn over tal van andere landen en onderwerpen. Zijn speciale aandacht gaat uit naar Amsterdam. Niet alleen schrijft hij over de historie van de hoofdstad, maar ook heeft hij fotoseries gemaakt waarin afbeeldingen van vroeger uit de Beeldbank van de stad gekoppeld zijn aan hedendaagse foto's (Amsterdam toen en nu). Regelmatig verzorgt hij lezingen in samenwerking met Station-West, een culturele hotspot in het centrum van Amsterdam.

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 51.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
×