Glienicker Brücke – De brug naar de vrijheid

De spionnenbrug
18 minuten leestijd
Glienicker Brücke, met zicht op het oosten
Glienicker Brücke, met zicht op het oosten (CC BY-SA 4.0 - Loewenflausch - wiki)

In het prachtige landschap van het toch al zeer groene Berlijn, ligt in het uiterste zuidwesten de Glienicker Brücke. Deze brug vormt de grens tussen de stad Berlijn en de hoofdstad van de deelstaat Brandenburg, Potsdam. De brug overspant de rivier de Havel en zou nauwelijks het vermelden waard zijn als de uitwisselingen van spionnen van de Koude Oorlog hier niet hadden plaatsgevonden. In de meer dan 300-jarige geschiedenis lukte het de brug slechts enkele dagen de aandacht van de wereld op zich te vestigen en dat uitgerekend met hulp van die lieden die doorgaans het licht van de openbaarheid schuwen: geheim agenten. In dit artikel een terugblik op de uitwisseling van spionnen op de Glienicker Brücke.

De Glienicker Brücke

Aan het einde van de zeventiende eeuw werd op dit punt de eerste smalle houten brug gebouwd, nabij het dorpje Klein Glienicke. Potsdam, de tweede residentie van de Hohenzollerns, werd zo dichter bij de stad Berlijn betrokken. In 1754 opende de brug voor rijtuigen, omdat dit de enige manier was om een ​​permanente postverbinding tussen de steden te verzekeren. Door het toenemende verkeer moest er een nieuwe brug worden gebouwd met aan weerszijden wachtposten. In 1831 begon de bouw van een stenen brug naar een ontwerp van Karl Friedrich Schinkel. Met de toenemende motorisering van het verkeer werd het noodzakelijk om de ophaalbrug te vervangen door een hogere en meer permanente brug. In de jaren 1904-1907 werd een stalen constructie gemaakt, die de officiële naam Kaiser-Wilhelm-Brücke kreeg. Deze naam sloeg echter nooit aan. In 1937 werd de brug vierenhalve meter verbreed en werd vervolgens een van de drukste bruggen van Duitsland. In april 1945 werd de brug verwoest tijdens gevechten tussen de Wehrmacht en het Rode Leger.

De oude Glienicker Brücke op een schilderij van Franz Xaver Sandmann, 1845
De oude Glienicker Brücke op een schilderij van Franz Xaver Sandmann, 1845

Na de Tweede Wereldoorlog bouwde men eerst een tijdelijke houten brug. In 1947 begon de wederopbouw en kreeg de brug zijn oorspronkelijke vorm weer terug. In 1949 kreeg ze de cynische naam “Brug van Eenheid”. Bovenop de brug plaatste men een bord met die naam. Dit bord was zichtbaar vanuit West-Berlijn. Jaren later brachten West-Berlijners een klein bord aan onder het bord met de bekende spreuk “You are leaving the American Sector” met daarop de tekst:

“Glienicker Brücke. Zij die de naam “Brug van de Eenheid” gaven, bouwden ook de muur, plaatsten prikkeldraad, schoten mensen dood en verhinderden zo de Eenheid”.

“You are leaving the American Sector” Bord bij de Glienicker Brücke, 1962
“You are leaving the American Sector” Bord bij de Glienicker Brücke, 1962 (Bundesarchiv, Bild 175-Z02-00780 / CC-BY-SA 3.0)
Een witte grenslijn precies in het midden van de brug markeerde de grens tussen de Russische bezettingszone en latere DDR en West-Berlijn. In 1952 werd de brug afgesloten voor particulier verkeer. Alleen militaire voertuigen en voetgangers met speciale vergunningen mochten hier de Havel nu nog oversteken. Dit duurde tot 1961, toen de Berlijnse muur werd gebouwd en alles werd afgesloten, met uitzondering van geallieerde militaire missies en auto’s met speciale vergunning, zoals van diplomaten.

Tussen 1962 en 1986 was de Glienicker Brücke het toneel van een drietal uitwisselingen van agenten die wereldwijde belangstelling wekten. Deze locatie werd gekozen omdat alles hier goed bereikbaar was en de omgeving perfect kon worden beveiligd. In drie operaties werden op deze locatie veertig agenten uitgewisseld. Drie personen wisten in 1988 een spectaculaire ontsnapping met een vrachtwagen over de brug tot een succes te maken.1 Tweemaal werd de brug geopend om sportvliegtuigen, waarmee DDR-burgers naar het Westen waren gevlogen, over te dragen aan de DDR-autoriteiten.2

Hoewel de Glienicker Brücke slechts drie keer een agentenruil mocht beleven, stond ze sinds de première van de film The Spy Who Came in from the Cold (1965) als symbool voor de tegenstelling tussen Oost en West, voor de zichtbare overgang naar het ijskoude, duistere Oosten. Zo herinneren zich hele generaties uit het Westen de spionage-oorlog, die de Koude Oorlog voor een groot deel was.3 Op 10 november 1989 werd de Glienicker Brücke heropend. Tegenwoordig herinnert alleen een metalen band op het voetpad aan de scheiding.4

Tussen Derde Rijk en Duitse deling

Op 7 mei 1945 ondertekende generaal Jodl in Reims de onvoorwaardelijke overgave van de Duitse troepen aan de geallieerden. Generaal Keitel deed hetzelfde een dag later in Berlijn, in tegenwoordigheid van de Russische generale staf. Duitsland beleefde daarmee zijn Stunde Null. Het land was in materieel, economisch, politiek en moreel opzicht failliet.

De geallieerden hadden geen duidelijk plan opgesteld voor hoe ze in het verslagen Duitsland te werk zouden gaan. Demilitariseren en denazificeren, daar waren de Russen, Britten en Amerikanen het wel over eens. Ze spraken daarom af dat Duitsland, in afwachting van een staatkundig herstel, in bezettingszones verdeeld zou worden en dat er een politieke zuivering zou plaatsvinden. Maar tijdens de conferenties in Jalta en Postdam werd duidelijk dat het geallieerde kamp over veel andere zaken van mening verschilde.

Detail van het IJzeren gordijn
Detail van het IJzeren gordijn (CC BY-SA 4.0 – Vincent de Groot – wiki)

Al snel na het einde van de oorlog kwam Europa in het teken te staan van de tegenstellingen tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie. Churchill, inmiddels premier-af, sprak op 5 maart 1946 in Fulton (VS), in een beroemd geworden rede van een “IJzeren Gordijn” dat het Europese continent in tweeën deelde. Aan de ene kant stond het democratische West-Europa, gesteund door Amerika, aan de andere kant het communistische Oost-Europa, onder invloed van de Sovjet-Unie.

Duitsland was het gebied in Europa waar de voormalige bondgenoten recht tegenover elkaar kwamen te staan. Tijdens de blokkade van Berlijn (1948) bereikte het conflict een hoogtepunt. De blokkade leidde ertoe dat de westelijke geallieerden het initiatief namen tot de oprichting van een West-Duitse federale staat.

In mei 1949 kwam de Bondsrepubliek Duitsland tot stand. De communisten volgden in oktober 1949 met de Duitse Democratische Republiek. Duitsland was in tweeën gesplitst.5

Spionage tijdens de Koude Oorlog

Zo lang er mensen bestaan, bestaat er concurrentie en zo lang er concurrentie bestaat, bestaat spionage, vooral – maar niet alleen – op militair gebied. Hoe sterk is de tegenstander (of bondgenoot!) en wat voert deze in zijn schild? Het vergt inspanning en vernuft om aan deze inlichtingen te komen.

Embleem van de KGB, de belangrijkste geheime dienst van de Sovjet-Unie
Embleem van de KGB, de belangrijkste geheime dienst van de Sovjet-Unie
De Koude Oorlog was een toestand van politieke en militaire spanning tussen de tegenpolen Verenigde Staten (en bondgenoten) en de Sovjet-Unie (en bondgenoten). Na de Tweede Wereldoorlog leverde de overwinning van de Sovjet-Unie op Duitsland hen aanzienlijke territoriale buit op. De Sovjet-Unie verenigde deze staten economisch en politiek en creëerde een supermacht die de macht van de Verenigde Staten uitdaagde. Hoewel de twee mogendheden nooit een volledige oorlog voerden, bereidden beide landen zich voortdurend voor op een totale nucleaire oorlog. Spionage was gedurende de Koude Oorlog dan ook gericht op het verkrijgen van informatie over de mogelijkheden van de vijand, vooral met betrekking tot atoomwapens.

Voor (militaire) concurrenten is informatie een belangrijk goed. Het is van vitaal belang om te weten wat de tegenstander van plan is. De mogelijkheid om de hi-tech surveillance te gebruiken die tegenwoordig wordt gebruikt, was er tijdens de Koude Oorlog niet. In plaats van op technologie te vertrouwen, vertrouwden staten op spionnen, de Human Intelligence6. Agenten die vijandelijk gebied infiltreerden en inlichtingen probeerden te krijgen, terwijl ze onopgemerkt hoopten te blijven. Talloze inlichtingenspecialisten, op welk gebied dan ook, opereerden over de gehele wereld. Soms werden zij ontmaskerd, soms konden zij ongehinderd in het verborgene hun gang gaan.

Wat te doen met gevangen genomen spionnen of vermeende spionnen? Kleine krabbelaars moesten hun straf doorgaans volledig ondergaan, in de steek gelaten door hun opdrachtgever, maar “grote vissen” bleken voor de grootmachten een prima ruilmiddel te zijn, zoals het geval was bij onder andere de Amerikaanse U-2 piloot Francis Gary Powers en de Russische top-spion Rudolf Abel.

Francis Gary Powers en Rudolf Abel

Francis Gary Powers (1929-1977) was een voormalige luchtmachtpiloot die in 1956 ontslag nam en voor de CIA bij het U-2 programma ging werken. U-2 piloten vlogen spionagemissies met vliegtuigen die boven een hoogte van 70.000 ft (21,3 km) konden vliegen. Deze hoogte maakte de vliegtuigen onkwetsbaar voor Sovjet-raketten. De Russen waren wel op de hoogte van deze spionagemissies, maar beschikten nog niet over effectieve afweermiddelen voor die hoogte. Tot 1960.

Gary Powers na zijn arrestatie
Gary Powers na zijn arrestatie
Op 1 mei 1960 verliet Powers met zijn U-2 een militaire luchtmachtbasis in Peshawar in Pakistan. Boven Sverdlovsk in de Sovjet-Unie werd hij door een S-75 raket geraakt, gebruikte zijn parachute en kwam ongedeerd in handen van de Russen. Powers werd vervolgens beschuldigd van spionage en veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf gevolgd door zeven jaar dwangarbeid. Powers overleed jaren later na een helikopterongeval in Californië op 1 augustus 1977.7

Rudolf Ivanovich Abel (1903-1971), geboren onder de naam Vilyam Genrikhovich Fisher, was een Russische KGB-kolonel van de inlichtingendienst.8 Hij werd geboren op 11 juli 1903 in Benwell, Newcastle upon Tyne, Verenigd Koninkrijk. Zijn ouders waren etnische Duitsers uit Rusland. Abel’s vader was een revolutionaire activist. In 1921, na de Russische Revolutie, verliet de familie van Abel Newcastle upon Tyne om terug te keren naar Moskou.

Vloeiend in Engels, Russisch, Duits, Pools en Jiddisch en opgeleid als radio-operator, diende hij in een radiobataljon van het Rode Leger in 1925 en 1926. In mei 1927 werd hij gerekruteerd door de geheime dienst OGPU, een voorloper van de KGB. Fisher werkte voor de OGPU als radio-operator in Noorwegen, Turkije, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. In 1946 sloot Abel zich aan bij de KGB en werd opgeleid als spion met bestemming de Verenigde Staten. In oktober 1948 reisde hij naar dat land af. Zijn codenaam werd “MARK”. Abel besteedde het grootste deel van zijn eerste jaar aan het organiseren van zijn netwerk.

In 1950 werd zijn illegale verblijf in gevaar gebracht door de arrestatie van de vermeende atoomspionnen Julius en Ethel Rosenberg in de Verenigde Staten, die later, op 19 juni 1953, op de elektrische stoel werden geëxecuteerd. Abel was opgelucht dat de Rosenbergs geen informatie over hem hadden losgelaten bij de FBI. Eind 1953 verhuisde hij naar Brooklyn. Aangezien de spion zich voordeed als kunstenaar en fotograaf, twijfelde niemand aan zijn onregelmatige werktijden en frequente verdwijningen. Een gevaar doemde op toen Abel’s assistent overliepnaar de FBI en open kaart had gespeeld. Op 21 juni 1957, werd hij om zeven uur ’s ochtends geconfronteerd met FBI-agenten. Hij verklaarde dat zijn echte naam Rudolf Ivanovich Abel was.

FBI-mugshot van Rudolf Ivanovich Abel
FBI-mugshot van Rudolf Ivanovich Abel
Tijdens Abel’s arrestatie was de FBI druk bezig geweest met het doorzoeken van zijn hotelkamer en fotostudio, waar ze spionageapparatuur ontdekten, waaronder kortegolfradio’s, cijferblokken, camera’s en film voor het produceren van microdots, een holle scheerkwast en talloze “trucjes”-containers, waaronder uitgeholde bouten. In Abel’s hotelkamer in New York had de FBI vierduizend dollar gevonden; een hol ebbenhouten blok met een Russisch codeboek van tweehonderdvijftig pagina’s; een hol potlood met daarin versleutelde berichten op microfilm en een sleutel van een kluis met daarin nog eens vijftienduizend dollar aan contanten.

Uitgeholde bout met daarin een geheim bericht. Gevonden tijdens de huiszoeking bij Rudolf Abel
Uitgeholde bout met daarin een geheim bericht. Gevonden tijdens de huiszoeking bij Rudolf Abel
Abel werd aangeklaagd en stond terecht ​​als Russisch spion. James Donovan werd zijn advocaat. Abel werd berecht in de federale rechtbank in New York City in oktober 1957. Hij werd veroordeeld tot gevangenisstraffen van dertig, tien en vijf jaar op drie ten laste gelegde punten en hem werd een ​​boete van in totaal drieduizend dollar opgelegd. Abel zou echter slechts iets meer dan vier jaar van zijn straf uitzitten.

Over het belang van Abel verschilden de meningen. De Russen beweerden dat Abel niets van echte betekenis had bereikt. Tijdens zijn acht jaar in Amerika zou hij geen enkele potentiële agent hebben geworven.9 Voor de Amerikanen daarentegen was het een belangrijke vangst. Hij zou het centrum van een belangrijke Russische spionagekring zijn geweest, die vooral atoomspionage bedreef.10 Rudolf Abel stierf – gedesillusioneerd – op 15 november 1971 in Moskou aan longkanker.11

De geheime uitwisseling

Op de ochtend van 10 februari 1962 voltrok zich op de stadsrand van Berlijn een geheime historische gebeurtenis. Op het hoogtepunt van de Koude Oorlog wisselden de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie voor de eerste keer gevangen spionnen uit. Deze actie vormde de basis van de internationale bekendheid van de Glienicker Brücke als “spionnenbrug”. De uitwisseling tussen Powers en Abel was een unieke operatie.

James Donovan, 1962
James Donovan, 1962
Het feit dat het daadwerkelijk tot een uitruil kwam is te danken aan de advocaat van Abel, James Donovan. Wellicht had Abel ook ter dood veroordeeld kunnen worden, maar Donovan wist dit te voorkomen. Donovan beargumenteerde dat Abel een “grote vis” was die te zijner tijd wellicht als ruilobject voor een Amerikaanse spion gebruikt kon worden. Deze mogelijkheid deed zich twee jaar later voor toen Gary Powers gevangen werd genomen. Eerst sputterden de FBI en CIA tegen omdat Abel als veel belangrijker werd gezien dan Powers. Onder druk van president Kennedy werden toch, onder leiding van Donovan, onderhandelingen gestart. Aan Sovjet-zijde werd de Oost-Duitse advocaat Wolfgang Vogel hiermee belast, weliswaar niet als vertegenwoordiger van de Sovjets, maar uit naam van verzonnen familieleden van Abel, die zogenaamd in de DDR woonden. Deze juridische truc was nodig omdat de Russen niet wilden toegeven dat Abel een KGB-agent was waardoor het ook niet mogelijk was als onderhandelingspartner op te treden.

De onderhandelingen duurden lang omdat de Amerikanen meerdere personen in de ruil van de belangrijke Rus wilden betrekken. Uiteindelijk kwamen de partijen overeen dat naast Powers, ook de Amerikaanse student Frederic Pryor zou worden geruild. Deze Pryor was voor zijn dissertatie over Oost-Europese handel in Oost-Berlijn en werd wegens “hulp bij vluchten” en spionage, sinds 1961 in de DDR gevangen gehouden. Men wilde de uitwisseling onder grote geheimhouding laten uitvoeren en gekozen werd voor de Glienicker Brücke vanwege haar ligging in een bosrijke omgeving, die ooggetuigen moest weren en gemakkelijk afgesloten kon worden.

Op 10 februari 1962 kwamen de partijen om 08.30 uur bij de brug. Het onderlinge wantrouwen was groot. Om zeker te zijn dat het ook werkelijk Abel en Powers waren, werden ook bekenden van hen ingeschakeld om hen te identificeren. Abel werd door een Russische vriend geïdentificeerd, Powers door een voormalige schoolkameraad. Beiden stelden persoonlijke vragen die alleen door Abel en Powers konden worden beantwoord.

Zoals overeengekomen, werd Pryor bij Check Point Charlie in Berlijn vrij gelaten. Pas toen om 08.45 uur de melding van de vrijlating de onderhandelaars bij de Glienicker Brücke had bereikt, ging men ook daar tot actie over. Om 08.52 passeerden Abel en Powers, zonder elkaar te groeten, gelijktijdig de witte grenslijn in het midden van de brug.

De film 'Bridge Of Spies'
De film ‘Bridge Of Spies’
Het publiek kreeg over de uitwisseling pas te horen toen Powers al in een vliegtuig naar de Amerika zat en Abel op weg was naar de Sovjet-Unie. Deze eerste succesrijke uitwisseling vormde de opmaat voor talrijke andere uitwisselingen van agenten in de Koude Oorlog. Alleen in Duitsland kwamen nadien circa honderdvijftig agenten vrij.12

In 2015 ging de film Bridge of Spies van Steven Spielberg in première. Deze film is gebaseerd op bovenstaand verhaal, met in de hoofdrol Tom Hanks als advocaat James Donovan.

Topspionnen tegen ‘amateur’-agenten

Op 11 juni 1985 om 12.00 uur was de Glienicker Brücke tafereel van de grootste uitwisseling van agenten in de Koude Oorlog. Michail Gorbatsjov, de nieuwe secretaris-generaal van de Sovjet-Unie, zorgde voor een kentering in de Koude Oorlog. Als teken van goede wil stelde hij een gevangenenruil voor. Gebeurde de eerste uitwisseling onder volledige geheimhouding, bij deze uitwisseling was er volop pers aanwezig. Zevenentwintig spionnen wisselden van kant: drieëntwintig in het Oosten gevangen gehouden agenten werden geruild tegen vier in het Westen gevangen gehouden agenten. Elke stap was gepland, net als in een theater. ‘Wie rijdt met welke voertuigen en in welke volgorde de brug op?” Allen moesten uitstappen, zich legitimeren en werden dan op een lijst afgevinkt.

Jarenlang getouwtrek over de voorwaarden was aan de uitwisseling voorafgegaan. Uitgangspunt was de opdracht die de leiding van de DDR gaf aan de Oost-Berlijnse advocaat Wolfgang Vogel, om vier in het Westen opgepakte spionnen van het Oostblok terug te halen. Allen waren “grote vissen”. De Pool Marian Zacharski, een top-spion, had hoogwaardige informatie over Amerikaanse raketsystemen doorgesluisd. De Bulgaar Penyu Kostadinow was “handelsattaché” op de Bulgaarse ambassade in Washington. Alfred Zehe, hoogleraar natuurkunde uit Dresden, had tijdens een gastoptreden in Mexico toegang gehad tot geheime Amerikaanse wapen-documenten en had die doorgesluisd. Alice Michelson, een vrouw uit de DDR, had voor de Russische KGB koeriersdiensten geleverd.

Glienicker Brücke tijdens de opnames van de film 'Bridge of Spies', 2014
Glienicker Brücke tijdens de opnames van de film ‘Bridge of Spies’, 2014 (CC BY-SA 4.0 – Biberbaer – wiki)

Voor Zehe had DDR-leider Erich Honecker zich persoonlijk ingezet. Die wilde om welke reden dan ook een snelle vrijlating. De druk voor Vogel werd daarom nog groter. De advocaat ging op zoek naar ruilmogelijkheden en stootte op vijfentwintig gevangengenomen burgers uit de DDR, die door de Amerikanen als agent waren geworven en in de DDR vastzaten, allemaal “kleine vissen” met weinig waardevolle inlichtingen. Toen Vogel zijn lijst aan de Amerikanen presenteerde bleek dat de inlichtingendienst van het leger, de US-Military Intelligence, de agenten op eigen houtje had ingezet en zonder afstemming met FBI, CIA of andere diensten. John Kornblum, medewerker van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken en mede-onderhandelaar, zei hierover later:

“Dat waren geen agenten, dat waren hele normale mensen en tot het laatst toe heel onprofessioneel”. 13

Deze “amateur-agenten” waren door de Stasi snel ontmaskerd en tot lange gevangenisstraffen veroordeeld.

Ondertussen waren niet alleen deze agenten opgepakt, maar in 1977 werd in Moskou ook de Joods-Russische dissident Anatoli Sharansky gearresteerd met een valse beschuldiging van spionage. DDR-advocaat Vogel wilde Sharansky bij de deal betrekken, maar de Amerikanen waren hier tegen. Sharansky was volgens hen geen spion, maar een politieke gevangene. Maandenlang gebeurde er niets. Toen dreigde Vogel familieleden van de gevangen agenten te benaderen zodat deze zich bij de pers in het Westen gingen beklagen over het feit dat de Amerikanen zich niet bekommerden om hun ontmaskerde spionnen. In feite was dat ook zo, het waren namelijk geen Amerikaanse staatsburgers. Plotseling ging toen alles snel. Sharansky werd uit de deal gehaald. De uitwisseling zou op de Glienicker Brücke bij daglicht plaatsvinden. Beide kanten hoopten vanwege deze humanitaire geste op prestigewinst.

De bus met vijfentwintig ex-agenten moest voor de brug wachten en er werd een plaspauze ingelast. Een agent van de Stasi waarschuwde: “wie er nu vandoor gaat, wordt doodgeschoten”.14 Vogel en de Amerikaanse ambassadeur in Bonn, Richard Burt, wachtten op het midden van de brug. Twee van de vijfentwintig ex-agenten besloten om familiaire redenen, op het laatste moment toch in de DDR te blijven. De rest ging te voet de brug over. Burt begroette hen met “de beste wensen van president Reagan”. De vier Oostblok-agenten liepen in tegengestelde richting en werden door advocaat Vogel welkom geheten.

Acht maanden later mocht ook Sharansky naar het Westen, tijdens de laatste agenten-uitwisseling op de Glienicker Brücke.15

Anatoli Sharansky

Sharansky werd geboren op 20 januari 1948 en groeide op in Donetsk, Oost-Oekraïne en studeerde in Moskou af in de wiskunde. Wegens zijn strijd voor mensenrechten werd Sharansky veroordeeld, onder andere omdat hij een spion zou zijn geweest voor de Amerikanen en omdat hij als prominent mensenrechtenactivist had gepleit voor het recht van Joden in de Sovjet-Unie om naar Israël te mogen emigreren. Op 15 maart 1977 werd hij gearresteerd waarna een show-proces volgde en hij tot dertien jaar dwangarbeid in Siberië – de Goelag Archipel – werd veroordeeld. Sommige gevangenen, waaronder Sharansky, werden in ijskoude cellen zonder dekens gezet en kregen vaak niet meer dan water en brood.

Sharansky en president Ronald Reagan, december 1986
Sharansky en president Ronald Reagan, december 1986

President Reagan stelde in oktober 1985 tijdens de Top in Genève, Gorbatsjov een uitwisseling voor. Ook bij deze uitwisseling speelde advocaat Wolfgang Vogel een belangrijke rol.

Op een ijskoude 11 februari 1986, om 10.42 uur, werden vier personen die in het Oosten wegens spionage gevangen zaten, geruild tegen vijf in het Westen gevangen gehouden spionnen.16 Bij Sharansky was het nog de vraag of hij werkelijk als spion moest worden aangemerkt. Voor de Amerikanen was Sharansky een strijder voor burgerrechten en vrijheidsstrijder. De Amerikanen zetten hun wil door om Sharansky niet tegelijk met de anderen, maar vlak voor de anderen, eerst individueel te ruilen.

De zaak Sharansky kreeg in de wereld grote aandacht. Honderden journalisten waren ter plekke aanwezig om verslag te doen. De belangstelling was overigens eenzijdig: de westerse pers berichtte uitvoerig, in het Oosten was het nieuws slechts een voetnoot.

De aanwezige KGB-medewerkers wilden Sharansky tijdens de overdracht nog een keer een vernedering bezorgen. Ze gaven hem een te grote broek zonder riem. Bij zijn wandeling over de brug – met bontmuts – moest Sharansky daardoor voor de camera’s van de internationale pers zijn broek vasthouden zodat deze niet afzakte, maar hij liep lachend de vrijheid tegemoet. Om 11.31 uur was de actie voorbij. Zijn aanzien in de wereld heeft er overigens niet onder geleden.

Aansluitend op deze uitwisseling emigreerde Sharansky naar Israël en veranderde zijn voornaam in Natan. Het Russische staatsburgerschap werd hem ontnomen, hij werd meteen Israëlisch staatsburger. In Israël werd hij diverse keren minister. Later publiceerde Sharansky zijn memoires onder de titel Fear no Evil. Hierin schetst hij het mensonterende systeem van de Goelag Archipel.17

De gewelddadige grensdoorbraak

En dan waren er nog drie doldrieste mannen met hun vrachtwagen…..

Op 10 maart 1988 tegen 02.00 uur in de ochtend doorbraken een transportarbeider, een kelner en een vrachtwagenchauffeur met geweld de grensovergang op de Glienicker Brücke richting West-Berlijn. De vrachtwagenchauffeur reed met een 5-tonner, volgeladen met 92 lege stalen gasflessen die hij van zijn voormalige werkgever hadontvreemd.

Met hun vrachtwagen type W 50 reden de mannen op de Berliner Strasse, komend uit Potsdam, richting westzijde van de brug, met volle verlichting en met een links afslaand gevende richtingaanwijzer. Vlak bij de brug aangekomen boog het voertuig echter niet linksaf, maar reed met een snelheid van ongeveer 70 km/uur rechtdoor richting Glienicker Brücke. Het vernielde daarbij barrières en verlichting. Het wachtgebouw van de Russen werd ook schade toegebracht. Op de brug bevonden zich geen grenswachters of voertuigen. Wel bevonden zich in de wachtgebouwen ongeveer tien DDR- en Russische militairen. De vrachtwagen kwam na ongeveer tweehonderd meter op West-Berlijns gebied met aanzienlijke schade tot stilstand. De vluchters bleven ongedeerd.

Zicht op de Glienicker Brücke
Zicht op de Glienicker Brücke (wiki)

Het personeel van de grenspost had op grond van plaatselijke omstandigheden, alsmede vanwege het mogelijk in gevaar brengen van personen en objecten op West-Berlijns gebied, geen gebruik gemaakt van hun vuurwapens. Daarbij kwam dat de doorbraak werd vergemakkelijkt doordat slagbomen en andere barrières niet goed werkten. Aangezien deze grensovergang uitsluitend voor de in- en uitreis van militair personeel van de militaire missies van de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en Frankrijk respectievelijk envoor in de DDR geaccrediteerde diplomaten werd geopend, waren in tegenstelling tot andere grensovergangen, geen snelheidsbeperkende maatregelen genomen. De grenstroepen van de DDR namen direct na dit incident de nodige maatregelen om een nieuwe doorbraak te voorkomen.18 De beschadigde vrachtwagen werd vier weken later aan de DDR-autoriteiten overgedragen.

Het openen van de grens

De bijzondere positie van de Glienicker Brücke was een dag na de eerste grensopeningen in de DDR op 9 november 1989 voorbij. In de middag van 10 november 1989 verzamelden zich honderden mensen bij de brug toen die werd geopend. Vanaf dat moment trok de overgangsplaats bezoekers uit alle hoeken van de DDR, die de de legendarische brug met eigen ogen wilden bekijken. Niet alleen Oost-Duitsers, maar ook West-Duitsers namen de moeite naar Glienicke te rijden. Op 18 januari 1990 werden de hekken en poorten afgebroken en op 31 augustus 1990 werd het grenscommando opgeheven en werd de brug niet langer bewaakt. In 1990 verklaarde de UNESCO het rivierlandschap met de brug tot werelderfgoed.

Glienicker Brücke 1989
Geopende brug in november 1989 (CC BY 2.0 – Gavin Stewart – wiki)

Op een herinneringsbord dat na de “Wende” in 1989 werd aangebracht, staat de volgende tekst te lezen:

“De van 1904 tot 1907 gebouwde brug werd in de Tweede Wereldoorlog verwoest en in 1949 als “Brug van de Eenheid” weer geopend. De machthebbers van de DDR, die deze naam gaven, verhinderden tientallen jaren de eenheid van Duitsland. Na de bouw van de muur in 1961 mocht de brug alleen nog door geallieerde militairen en diplomaten worden gebruikt. Door de vreedzame revolutie in de DDR staat de “Glienicker Brücke” sinds 10 november 1989 weer voor eenieder open”.19

Noten

1 – Bron: Glienicker Brücke – ein geschichtsträchtiger Ort in Berlin. In: vonortzuort.reisen, najaar 2021.
2 – de Graaf, B. “Die Glienicker Brücke als Gedächtnisort” in der historischen Erinnerung. In: Ost-West Europäische Perspektiven, 2/2012.
3 – de Graaf, B. “Die Glienicker Brücke als Gedächtnisort”
4 – Bron: Glienicker Brücke – ein geschichtsträchtiger Ort in Berlin. In: vonortzuort.reisen, najaar 2021.
5 – Tekst: Website Duitsland Instituut.
6 – Human Intelligence is het verkrijgen van inlichtingen door menselijke bronnen. In engere zin beperkt tot inlichtingendiensten.
7 – Francis Gary Powers. In: military-history.fandom.com
8 – In dit artikel zal de meer bekende naam Abel worden gebruikt.
9 – Vilyam Genrikhovich Fisher. In: military-history.fandom.com.
10 – Schimikowski F. Bridge of Spies: 60. Jahrestag des ersten Agentenaustauschs auf der Glienicke Brücke. In: deutsches-spionagemuseum.de, 10.02.2022.
11 – Vilyam Genrikhovich Fisher. In: military-history.fandom.com.
12 – Schimikowski, F. Bridge of Spies: 60. Jahrestag des ersten Agentenaustauschs auf der Glienicke Brücke. In: deutsches-spionagemuseum.de, 10.02.2022
13 – 11. Juni 1985 – Grösster Agentenaustausch auf der Glienicker Brücke. In www.wdr1.de, 11.06.2015.
14 – Fugman, T. Agentenaustausch auf der Glienicker Brücke. In: mdr.de. 09 juni 2021.
15 – Grösster Agentenaustausch auf der Glienicker Brücke.
16 – Naast Sharansky waren het een Tsjechische en twee West-Duitse spionnen. Van de andere zijde waren het Tsjechische echtpaar Köcher (zaten in de USA vast), een Russische, Poolse – en DDR-spion (zaten in West-Duitsland vast) die geruild werden.
17 – Schimikowski F. Mit rutschenden Hosen – Der letzte Agentenaustausch auf der Glienicker Brücke am 11. Februar 1986. In: deutsches-spionagemuseum.de.
18 – Grenzdurchbruch mit Lkw an der Glienicker Brücke. Rapport van de Stasi, 16 maart 1988 In: Bundesbeauftragte für die Stasi Unterlagen.
19 – de Graaf, B. “Die Glienicker Brücke als Gedächtnisort”.

Albert J. Vinke is luitenant-kolonel b.d. van de Koninklijke Luchtmacht. Hij heeft meerde functies in binnen- en buitenland bekleed, onder andere als militair waarnemer van de UNO in Libanon, Syrië en Israël en op de USAF Airbase Ramstein. Hij studeerde geschiedenis aan de Noordelijke Leergangen en aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Recent gepubliceerd

Reageer

Abonneer
Stuur mij een e-mail bij
guest
0 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Gratis geschiedenismagazine

Ontvang, net als ruim 54.000 anderen, iedere week de gratis nieuwsbrief van Historiek:
0
Reageren?x
×