In de jaren 50 en 60 stond Italiaans design wereldwijd in de aandacht. Italië had zich aan de oorlog en armoede weten te ontworstelen en beleefde een economische bloeiperiode. Het land ontwikkelde een imago van moderne elegantie waarin kunst, mode, industrie en zelfs film samenkwamen.
Milano Centrale mag dan niet meer het grootste station van Europa zijn, het is nog altijd het meest megalomane. De beroemde Milanese Dom kan er twee keer in en onder de overkapping passen tien voetbalvelden.
In 1906 was er ook een wereldexpo in Milaan, toen met als thema transport. Het was de grootste spoorwegexpositie van de eerste helft van de twintigste eeuw.
Na een vrij letterlijke poging om een luchtschip op de rails te zetten — de Schienenzeppelin — ontstonden in het Duitsland van de jaren 30 de Fliegende Züge. Het prototype, de Vliegende Hamburger, werd het bekendst. Ze haalden een topsnelheid van 160 km/u en brachten de Duitse steden dichter bij elkaar.
Ondanks de economische crisis floreerden de Duitse spoorwegen tussen de twee wereldoorlogen. Dat gold ook voor slaapwagen- en restauratiebedrijf Mitropa.
Veel KNIL-militairen die tijdens de Tweede Wereldoorlog aan de beruchte Birmaspoorweg werkten, hebben volgens de Volkskrant van de regering niet de uitkering gekregen waar ze recht op hadden.
Rond 1900 overwinterde de Europese elite aan de Franse Rivièra. In de negentiende eeuw ontdekt door de Engelse aristocratie, trok de zonnige Côte d’Azur mondaine toeristen uit alle hoeken van Europa.
De NS blijkt tijdens de oorlog ook facturen naar de bezetter te hebben gestuurd voor het vervoer van ‘straffällige Juden’, die waren opgepakt omdat ze waren ondergedoken, terwijl toen (1944) al duidelijk was dat deze Joden hun dood tegemoet gingen.