Loensend kijkt hij boven zijn luit uit. Theodoor Rombouts (1597-1637) schilderde zichzelf als muzikant maar ook als tandentrekker, als vrolijke disgenoot. Rombouts is een ondergeschoven schilder in de kunstgeschiedenis.
Voor de inwoners van Riemst was mergel lange tijd een belangrijk exportproduct dat in steden als Maastricht onder meer gebruikt werd om kerken en kathedralen mee te bouwen. De mergelgroeven in de gemeente zijn een tastbare getuige van dit verleden.
In de zestiende eeuw vonden er geregeld religieuze processies plaats in Antwerpen. Een daarvan draaide om het besnijdenisfeest, dat in het teken stond van een geliefd Antwerpse reliek: de Heilige Voorhuid.
In 1562 werkte schilder en graveur Marcus Gerards een plan van Brugge uit, dat de stad letterlijk weer op de kaart moest zetten. Recent kreeg deze kaart een facelift.
Zien en gezien worden, dat was het motto van de liberale burgerij in de negentiende eeuw. In alle Europese steden ontwikkelden zich plekken die zich leenden als ‘uitstalramen’ van die nieuwe sociale klasse. Zo ook de Brusselse Sint Hubertusgalerijen, een van de eerste overdekte winkelwandeloorden waar ze met hun nieuw verworven status konden pronken.
Na het verdwijnen van Napoleon in 1815 verscheen er een nieuwe ‘keizer’ op het Europese toneel. Zijn naam: John Cockerill, ‘de keizer van de industriële revolutie’. Althans, dit is de stelling van Bart Vanacker, publicist en storyteller van het industriële erfgoed in België.
De Kerelopstand of opstand van Kust-Vlaanderen duurde van najaar 1323 tot zomer 1328. Net als de noodlottige veldslag bij Kassel is de episode lang niet zo bekend als de grote Vlaamse Opstand van 1297-1305 en vooral de legendarische Guldensporenslag van 1302. Desondanks komen de oorzaken van de Kerelopstand voort uit de nasleep van de Guldensporen-opstand.
De gezindheid van de voornamelijk katholieke en op het platteland levende en werkende Noord-Brabanders was van het begin af aan een punt van zorg voor de regering van Willem I. Stonden ze aan de kant van de Oranjevorst of dreef hun katholicisme, geschiedenis, taal, gewoonten, handelsbetrekkingen en nabuurschap de bevolking in de richting van de Belgen?